2.4.2
Zekeringen
Raadpleeg het hoofdstuk Technische gegevens, § 13.7,
pagina 203.
2.4.3
Gegevens kabelaansluiting voor
netvoedings-, motor- en PE-kabels
overeenkomstig IEC-waarden
Tabel 10 Bereik en aandraaimoment kabelconnectors
overeenkomstig IEC-waarden.
Kabeldwarsdoorsnede
connectors
Netvoeding, motor, rem en PE
Model
Kabeldoorsn
ede
2
mm
VFX48-2P5
2.5
VFX48-3P4
VFX48-4P1
VFX40-5P6
2.5
VFX48-7P2
VFX48-9P5
4
VFX48-012
VFX48-016
6
VFX48-023
VFX48-032
6
VFX48-038
20
Monteren
Kabeltype
Aandraaimom
Schroef
ent
Nm /Lb-In
M3.5
0.8/7
Koper (Cu)
M4
1.4/12
75 °C
M5
2.7/24
2.5
Thermische beveiliging op
de motor
Standaardmotoren zijn normaal uitgerust met een interne
ventilator. De koelingscapaciteit van deze ingebouwde
ventilator is afhankelijk van de frequentie van de motor. Bij
een lage frequentie zal de koelingscapaciteit voor nominale
belastingen onvoldoende zijn. Neem contact op met de
leverancier van de motor voor de koelingseigenschappen van
de motor bij lage frequentie.
WAARSCHUWING!
Afhankelijk van de koelingseigenschappen,
de toepassing, het toerental en de belasting
kan het noodzakelijk zijn om geforceerde
koeling voor de motor toe te passen.
Motorthermistoren bieden een betere thermische beveiliging
voor de motor. Afhankelijk van het ingebouwde type
motorthermistor kan de PTC-ingang worden gebruikt. De
motorthermistor geeft een thermische beveiliging
onafhankelijk van het toerental van de motor, en daarmee
ook van het toerental van de motorventilator. Zie de functies
2
Motor I
t type [231] en Motor I
2.6
Parallel geschakelde
motoren
De aandrijfmodus "Toerental" of "Koppel", zie menu [213],
werkt goed in de meeste toepassingen met directe
koppelregeling als motorregelmethode. Maar bij
toepassingen met meerdere motoren die parallel zijn
aangesloten op de uitgang van de frequentieregelaar moet de
aandrijfmodus = "V/Hz" worden geselecteerd en dan is het
mogelijk motoren parallel te gebruiken zolang de totale
stroom de nominale waarde van de frequentieregelaar niet
overschrijdt. Bij het instellen van de motorgegevens moet
met het volgende rekening worden gehouden:
Menu [221]
De parallel geschakelde motoren moeten
Motor Spann:
dezelfde motorspanning hebben.
Menu [222]
De parallel geschakelde motoren moeten
Motor Freq:
dezelfde motorfrequentie hebben.
Menu [223]
Voer de totale motorvermogenswaarden
Motor Verm:
in voor de parallel geschakelde motoren.
Menu [224]
Voer de totale stroom in voor de parallel
Motor Stroom:
geschakelde motoren.
Menu [225]
Voer het gemiddelde toerental in voor de
Motor RPM:
parallel geschakelde motoren.
Menu [227]
Voer de gemiddelde Cos PHI-waarde in
Motor Cos PHI:
voor de parallel geschakelde motoren.
CG Drives & Automation, 01-5666-03r1
2
t stroom [232].