9
Verzending
9.1
LAN
Pagina 84
9.1
LAN
Gegevensoverdracht via lokaal LAN-netwerk (Ethernet) naar het EMR-
systeem.
Sluit de bekabeling aan op de RJ45-aansluiting
p.
22.).
Het netwerksymbool in de statusbalk geeft de verbindingsstatus aan:
Verbinding met het netwerk tot stand gebracht en EMR-systeem toe-
gankelijk
Verbinding met het netwerk tot stand gebracht maar EMR-systeem
niet toegankelijk
Verbinding met het netwerk onderbroken
•
Als verzending niet mogelijk is:
–
controleer of de netwerkkabel goed is aangesloten
–
Controleer de instellingen en bewerk ze indien nodig
paragraaf 11.6.2, p.
9.2
WLAN
Storing met pacemaker en andere apparaten wanneer gegevens
worden verzonden via WLAN:
houd tijdens verzending een afstand van minimaal 20 cm tussen
de patiënt en andere apparaten aan.
Het WLAN-symbool in de statusbalk geeft de verbindingsstatus aan:
verbonden met het WLAN-netwerk en het EMR-systeem
verbonden met het netwerk maar niet met het EMR-systeem
Signaalsterkte wordt weergegeven met het aantal staven.
•
Als verzending niet mogelijk is:
–
controleer de instellingen en bewerk ze indien nodig
paragraaf 11.6.3, p.
(Zie paragraaf 2.2,
107.)
108.)
CARDIOVIT FT-2
(Zie
(Zie