6 Ingebruikname
6.4 Hoeveelheid beschermgas instellen
LET OP
• Aard en hoeveelheid van het te gebruiken beschermgas hangt af van de lasopdracht en
de geometrie van het gasmondstuk.
• Sluit de koppelingen voor het beschermgas aan. Zorg ervoor dat alles gasdicht is.
• Om een verstopping door verontreiniging in de toevoer van het beschermgas te
verhinderen moet u het flesventiel voor het aansluiten kort openen. Daardoor worden
eventuele verontreinigingen uitgeblazen.
1 Beschermgasfles op het lasapparaat aansluiten.
2 Gashoeveelheid met reduceerventiel van de beschermgasfles instellen.
6.5 Koelmiddel aansluiten
WAARSCHUWING
Gevaar voor brandwonden
Als het koelmiddelpeil te laag is, raakt het slangenpakket oververhit.
• Draag geschikte veiligheidshandschoenen.
• Controleer regelmatig het koelmiddelpeil.
LET OP
• Let erop dat toevoer koelvloeistof en retour koelvloeistof correct aangesloten zijn. Toevoer
koelvloeistof = blauw, retour koelvloeistof = rood.
• Gebruik geen gedeïoniseerd of gedemineraliseerd water als koelmiddel voor lek- of
flowtests. Dit kan de levensduur van uw lastoorts verkorten.
• Wij adviseren het gebruik van de ABICOR BINZEL koelvloeistoffen "BTC" voor de
vloeistofgekoelde laspistolen.
Houd u hiervoor aan het betreffende veiligheidsblad.
NL - 12
®
ABITIG
MT