INSTALLATIE
18
Installatie van binnenunit
1
Maak de binnenunit met een haak vast aan
het bovenste gedeelte van de
installatieplaat. (Zorg dat de drie haken aan
de bovenste achterkant van de binnenunit
in contact komen met de bovenste rand
van de installatieplaat.) Zorg ervoor dat de
haken goed vastzitten op de installatieplaat
door deze naar links en rechts te bewegen.
Installatieplaat
2
Maak de leidinghouder los van het chassis
en monteer deze tussen het chassis en de
installatieplaat om de onderkant van de
binnenunit van de muur te scheiden
* De functionaliteit kan worden gewijzigd in
overeenstemming met het modeltype.
Leidingen
1
Steek de aansluitkabel door de onderkant
van de binnenunit en sluit de kabel aan (u
kunt gedetailleerde informatie terugvinden
in de paragraaf 'De kabels aansluiten')
<Linkerkant leidingen>
Aanzicht
1(L) 2(N) 3(C)
<Linkerkant leidingen>
<Rechterkant leidingen>
Leidinghouder
<Rechterkant leidingen>
2
Schuif de kap van de
metalen plaat omhoog.
3
Klemblok
Aansluitkabel
Kabelhouder
Aansluit-
kabel
Afvoerslang
Afvoerslang
Aanzicht
1(L) 2(N) 3(C)
Aansluit-
kabel
Afvoerslang
Beveilig de kabel op het bedieningspaneel
met de kabelhouder.
Tape de leidingen, afvoerslang en de
aansluitkabel af. Zorg ervoor dat de
afvoerslang zich aan de laagste kant van de
bundel bevindt. Het plaatsen aan de
bovenkant kan ervoor zorgen dat de
afvoerbak overstroomt door de binnenkant
van de unit.
Tape
Aansluitleiding
Schuif de kap van de
metalen plaat omhoog.
Klemblok
Aansluitkabel
Kabelhouder
Tape
Aansluitleiding