Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bridged Call Appearances - ShoreTel 212 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor 212:
Inhoudsopgave

Advertenties

Bridged Call Appearances

Bridged Call Appearances (BCA) is een functie die kan worden toegewezen
(door uw systeembeheerder) aan een aangepaste toets op uw telefoon. BCA
geeft informatie over talrijke afzonderlijke IP-telefoons, zodat oproepen
gemakkelijker kunnen worden verwerkt door andere gebruikers. Deze functie
is bedoeld voor kleine kantoren of vestigingen, zoals een autodealer of kleine
bank met vier trunks en acht IP-telefoons.
Op elke IP-telefoon wordt een geprogrammeerde toets ingesteld voor BCA
zodat bij inkomende oproepen die toets groen knippert op alle telefoons.
Als iemand de oproep beantwoordt, licht het ledje op zijn of haar telefoon
groen op terwijl de aangepaste toets op de andere IP-telefoons die zijn
geprogrammeerd voor dat BCA-toestel rood oplicht. Op deze manier is op
telefoons in andere gedeelten van de organisatie zichtbaar dat het toestel in
gesprek is.
Als u naar buiten belt met een toestel waarvoor de functie BCA is ingeschakeld,
kunnen andere gebruikers zien dat u belt. Als u naar buiten wilt bellen, drukt u
op de BCA, kiest u de trunktoegangscode en vervolgens het telefoonnummer.
Als u naar buiten belt, licht het ledje op uw telefoon groen op, terwijl de
betreffende toets op alle andere telefoons rood oplicht. Als het gesprek in de
wacht wordt gezet, gaat het ledje van de geprogrammeerde toets op alle
telefoons groen knipperen. Een toets kan worden geprogrammeerd voor elke
positie in de wachtrij.
OPMERKING
Als u drukt op de bovenste programmeerbare toets voor BCA
om naar buiten te bellen, betekent dit niet noodzakelijkerwijs
dat u trunk 1 gebruikt. Er is geen één-op-één-relatie tussen de
programmeerbare toetsen die zijn ingesteld op BCA en een
bepaalde trunk. Trunks kunnen op een willekeurige manier
aan BCA' s worden gekoppeld door de systeembeheerder.
Een bijkomend voordeel van de bezetveldfunctie is dat de bellergegevens van een
uitgaand gesprek kan worden gekoppeld aan de toets (die wordt geconfigureerd
door de systeembeheerder). Welke bellergegevens worden weergegeven als er
naar buiten wordt gebeld met behulp van BCA, wordt als volgt bepaald:
Uitgaand naar een intern toestel: de naam en het nummer van de
gebruiker die het BCA-gesprek heeft gestart, wordt gebruikt. Als de
gegevens van die gebruiker niet kunnen worden weergegeven, worden
geen bellergegevens weergegeven.
Uitgaand naar een extern nummer: de bellergegevens worden in de volgende
volgorde gebruikt op basis van de beschikbaarheid van de gegevens.
Uitgaande bellergegevens die zijn ingesteld voor die BCA
DID-nummer dat is ingesteld voor die BCA
Externe identificatie of bellernummer van de gebruiker die het BCA-
gesprek heeft gestart
Uitgaand naar een extern alarmnummer (zoals 112): de identificatie van
de hulpdienst of een CESID-nummer van de beller wordt verzonden.
39

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave