HET APPARAAT BEDIENEN
Muziek beluisteren
VOL –
toets
Controleer het volgende voordat u
het apparaat gebruikt.
– Het BLUETOOTH-apparaat is
ingeschakeld.
– De koppeling tussen dit apparaat
en het BLUETOOTH-apparaat is
voltooid.
– Het BLUETOOTH-apparaat biedt
ondersteuning voor de functie
voor het verzenden van muziek
(profiel: A2DP).
1
Houd POWER ongeveer
3 seconden ingedrukt
wanneer het apparaat is
uitgeschakeld.
De lampjes (blauw en rood)
knipperen allebei twee keer en
het apparaat wordt ingeschakeld.
Opmerking
Houd de POWER toets niet langer
dan 7 seconden ingedrukt. Als u dit
wel doet, wordt de koppelingsmodus
van dit apparaat ingeschakeld.
POWER toets
VOL + toets
2
Breng de BLUETOOTH-
verbinding (A2DP)
tussen een
BLUETOOTH-apparaat
en dit apparaat tot
stand.
Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing bij het
BLUETOOTH-apparaat voor
meer informatie over de
bediening.
3
Start het afspelen op het
BLUETOOTH-apparaat.
Opmerkingen
• Wanneer u muziek afspeelt via een
verbinding met HSP (Headset Profile)*
tussen dit apparaat en een
BLUETOOTH-apparaat, is de
geluidskwaliteit niet hoog. Voor een
beter geluid wijzigt u de
BLUETOOTH-verbinding in A2DP
(Advanced Audio Distribution Profile)*
op het BLUETOOTH-apparaat.
• Met dit apparaat kunnen de functies voor
het afspelen van muziek van het
verbonden apparaat niet worden bediend.
* Zie pagina 22 voor meer informatie
over profielen.
Wordt vervolgd
13
NL