HOOFDSTUK 4
Til de koppelingspen (2) van de eerste trailer met behulp van de greep (3)
(afb. 4.6).
Stel de hoogte van de dissel in de tweede trailer zo af om de trailers met
elkaar te kunnen koppelen.
Rij met de trekker achteruit zodat de achterste koppeling van de eerste trailer
op de dissel van de tweede trailer komt.
Sluit de pneumatische, hydraulische en elektrische leidingen volgens de
aanwijzingen in paragraaf (4.3).
De tweede trailer afkoppelen
Zet de trekker en de trailers vast met de parkeerrem.
Zet de motor van de trekker af. Sluit de cabine van de trekker om toegang
door onbevoegden te voorkomen.
Sluit de pneumatische, hydraulische en elektrische leidingen volgens de
aanwijzingen in paragraaf (4.3).
Verwijder de borging van de achterste trailerkoppeling in de eerste trailer.
Verwijder de pen en rij met de trekker weg.
GEVAAR
Tijdens het aan-/afkoppelen mag zich niemand tussen de trailers bevinden. De persoon
die bij het aankoppelen van de trailers helpt moet buiten de gevarenzone gaan staan en de
hele tijd zichtbaar voor de trekkerbestuurder blijven.
LET OP
Het is verboden om de tweede trailer aan te koppelen die op een ander dan een twee-assig
chassis is gebouwd.
Controleer of het aankoppelen voltooid is en het disseltrekoog van de
tweede trailer beveiligd is.
4.16
Pronar T286