Bootsequence (Opstartvolgorde)
Met deze functie kunt u de opstartvolgorde voor apparaten wijzigen.
Opties
•
Diskette Drive (Diskettestation) — De computer wordt opgestart vanaf het diskettestation. Als de
diskette in het diskettestation geen opstartdiskette is, het diskettestation geen diskette bevat of als er
geen diskettestation is geïnstalleerd op uw computer, verschijnt er een foutbericht.
•
Hard Drive (Vaste schijf) — De computer wordt opgestart vanaf de primaire vaste schijf. Als er geen
besturingssysteem op de vaste schijf is geïnstalleerd, verschijnt er een foutbericht.
•
CD Drive (cd-romstation) — De computer wordt opgestart vanaf het cd-romstation. Als er geen cd in
het station is geplaatst of als de cd geen besturingssysteem heeft, verschijnt er een foutbericht.
•
USB Flash Device (USB-flashstation) — Steek het geheugenapparaat in een USB-poort en start de
computer opnieuw op. Wanneer in de rechterbovenhoek van het scherm F12 = Boot Menu
verschijnt, drukt u op <F12>. Het BIOS detecteert het apparaat en voegt de USB-flashoptie toe aan
het opstartmenu.
OPMERKING:
Om op te starten vanf een USB-apparaat, moet het apparaat opstartbaar zijn. Als u zeker wilt weten
of een apparaat opstartbaar is, raadpleegt u de documentatie bij het apparaat.
De opstartvolgorde voor de huidige opstartprocedure wijzigen
U kunt deze functie gebruiken om bijvoorbeeld uw computer opnieuw op te starten vanaf een USB-
apparaat, zoals een diskettestation, een geheugenstick of een cd-rw-station.
OPMERKING:
Als u opstart vanaf een USB-diskettestation, moet u het diskettestation eerst instellen op OFF in de
systeem-setup (zie "System Setup" op pagina 117).
1 Als u opstart vanaf een USB-apparaat, sluit u het USB-apparaat aan op een USB-connector (zie
"Connectoren" op pagina 115).
2 Zet de computer aan of start deze opnieuw op.
3 Wanneer in de rechterbovenhoek van het scherm F2 = Setup, F12 = Boot Menu verschijnt,
drukt u op <F12>.
Als u te lang hebt gewacht en het logo van het besturingssysteem verschijnt, wacht dan tot u het
bureaublad van Windows ziet. Vervolgens sluit u de computer af (zie "Uw computer uitschakelen" op
pagina 63) en probeert u het opnieuw.
Het Boot Device Menu (menu opstartbron) verschijnt. Dit menu bevat alle beschikbare opstartbronnen.
Naast elk apparaat staat een nummer.
4 Onderaan het menu voert u het nummer in van het apparaat dat alleen voor de huidige opstartpoging
moet worden gebruikt.
Wanneer u bijvoorbeeld start vanaf een USB-geheugenstick, selecteert u USB Flash Device en drukt
op <Enter>.
124
Bijlage