6 Plaats de computerbehuizing terug (zie "De computerbehuizing terugplaatsen" op pagina 111).
KENNISGEVING:
het netwerkapparaat en sluit u de kabel vervolgens aan op de computer.
7 Sluit uw computer en apparaten aan op het lichtnet en zet ze vervolgens aan.
8 Ga naar systeeminstellingen (zie "System Setup" op pagina 117) en herstel de instellingen die u hebt
vastgelegd in stap 1.
9 Gooi de oude batterij bij het chemisch afval. Raadpleeg de Productinformatiegids voor informatie over
het weggooien van batterijen.
110
Onderdelen verwijderen en installeren
1
1
ontgrendelingshendel batterij
Als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst aan op de netwerkaansluiting of
2
2
batterij (positieve zijde)