Werking met
zuigleidingventiel
Gebruik in
combinatie met
koelwaterventiel
Gebruik in
combinatie met
vulpeilsensor
20999305_NL_VACUU·PURE 10C_V1.8_221122
5.4.2 Werking met VACUU·BUS-toebehoren
5.4.2
Werking met VACUU·BUS-toebehoren
Werking met zuigleidingventiel
10 seconden nadat op de starttoets is gedrukt, gaat het zuig‑
leidingventiel automatisch open. De waarde van de wachttijd
kan via het modbus RTU‑protocol worden ingesteld: 0 – 3.600
seconden.
Het zuigleidingventiel sluit onmiddellijk, zodra op de stoptoets
of de regeneratietoets wordt gedrukt.
Gebruik in combinatie met koelwaterventiel
Gebruik een koelwaterventiel tijdens het gebruik in combinatie
met een emissiecondensator en waterkoeling.
Nadat op de starttoets is gedrukt, gaat het koelwaterventiel
automatisch open.
Nadat de stoptoets of de regeneratietoets is ingedrukt sluit het
koelwaterventiel automatisch nadat de uitlooptijd is verstreken.
De uitlooptijd bedraagt af fabriek 300 seconden, de waarde van
de uitlooptijd kan d.m.v. het modbus RTU‑protocol worden inge‑
steld: 0 – 3.600 seconden.
Door de stoptoets in de stopmodus opnieuw in te drukken,
wordt de uitlooptijd van het koelwaterventiel gereset en begint
de uitlooptijd opnieuw.
Door de regeneratietoets in de regeneratiemodus opnieuw in te
drukken, wordt de uitlooptijd van het koelwaterventiel gereset
en begint de uitlooptijd opnieuw.
Gebruik in combinatie met vulpeilsensor
De vulpeilsensor bewaakt het vloeistofpeil in de opvangerlen‑
meijer van de emissiecondensator of afscheider.
De vulpeilsensor wordt geactiveerd, zodra het vloeistofpeil in
de erlenmeyer de hoogte van de sensor bereikt; er wordt een
waarschuwing weergegeven.
Met het weergeven van een waarschuwing begint tegelijk een
vertragingstijd van 300 seconden te verstrijken. De waarde van
de vertragingstijd kan via het modbus RTU‑protocol worden
ingesteld: 0 – 3.600 seconden.
Inbedrijfstelling (werking)
55