Plaatsingen en aansluiting
-> Voorbeeld
Vacuümaansluiting
op de aanvoer IN
34
4.3.1 Vacuümaansluiting (IN)
VOORZICHTIG
Flexibele vacuümslangen kunnen tijdens het evacu-
eren samentrekken.
Verbonden componenten die niet goed zijn vastgezet kun-
nen, door de schoksgewijze beweging (krimpen) van flexi-
bele vacuümslangen, letsel veroorzaken of schade aanrich-
ten. De vacuümslang kan losraken.
Zet de vacuümslang vast op de aansluitingen.
Ø
Zet de verbonden componenten vast.
Ø
Meet de flexibele vacuümslang zodanig af dat u rekening
Ø
houdt met de maximale krimp, d.w.z. het samentrekken.
AANWIJZING
Vreemde voorwerpen in de zuigleiding kunnen de vacuüm-
pomp beschadigen.
ð Voorkom dat deeltjes, vloeistoffen of verontreinigingen aange-
zogen worden of terug kunnen stromen.
De vacuümslang aansluiten
1. Verbind de pakkingring (a), de wartelmoer (b) en de slangkop-
peling (c) zoals afgebeeld.
2. Schuif de vacuümslang (d) van de apparatuur op de slangkop-
peling en zet de vacuümslang vast, bijv. met een slangklem.
20999351_NL_PC3001 VARIO select Serie_V1.6_131022