Smering
Bewaar smeermiddelen altijd op een schone, droge en koele plaats - bij voorkeur bij constante temperatuur -
zodat er geen vuil en condenswater in kan komen.
Zorg ervoor dat oliekannen, trechters en vetspuiten schoon zijn en maak de smeerpunten grondig schoon voor het
smeren.
Zorg ervoor dat de huid niet gedurende langere tijd in aanraking komt met olieproducten.
N.B.! Als de veldspuit schoongemaakt is met een hogedrukreiniger of gebruikt is voor het spuiten van kunstmest
bevelen we aan het gehele werktuig te smeren.
De aanbevolen smering is aangegeven in onderstaande tabel. De volgende smeermiddelen moeten gebruikt worden:
Smeerpunten
Kogellagers
Glijlagers
Oliesmeer-
punten
*) Richtlijnen - smering
Volg de getoonde aanwijzingen betreffende de aanbevolen hoeveelheid.
Als geen aanbevolen hoeveelheid wordt vermeld doorsmeren tot het nieuwe vet zichtbaar wordt.
46
Onderhoud
Smeermiddel
A
*)
Universeel Lithiumvet,NLGI No. 2
SHELL RETINAX EP2
CASTROL LMX GREASE
*)
Lithiumvet met Molybdeendisulfide
B
of grafiet
SHELL RETINAX HDM2
CASTROL MOLYMAX
TOTAL Transmission TM
SAE 80W/90
C
CASTROL EPX 80W/90
SHELL SPIRAX 80W/90
MOBILL MOBILUBE 80W/90
Chart NL 044
GB 13 03 06