Aansluitmogelijkheden
Aansluiting op de binnenunit
De SHK 20-200 unit is niet uitgerust met afsluitkleppen
voor de verwarming die buiten de binnenunit moet worden
geïnstalleerd om het latere onderhoud te vergemakkelijken.
Vergeet niet om de unit te beschermen met een deeltjes-
filters.
Gebruik zonder warmtepomp
Het is niet nodig om de configuratie van de hydraulische
aansluitingen te wijzigen om de binnenunit onafhankelijk
te laten werken zonder een buitenunit. Het toestel is uit-
gerust met een hulpverwarming, die bij afwezigheid van
een warmtepomp kan dienen als belangrijkste warmtebron.
XL1
XL2
XL52
XL53
Aansluiten van de boiler voor het warm water
De boiler moet worden aangesloten op een wateraanvoer-
systeem met een waterdruk van min. 1 bar en max. 10 bar.
Gebruik een drukregelaar als de druk bij de koudwaterinlaat
naar de tank hoger is dan het toegestane niveau. Terwijl het
water in de boiler wordt verwarmd, neemt de druk toe en om
die reden moet elke boiler worden uitgerust met het juiste
overstortventiel, dat moet worden geïnstalleerd op de aan-
voerleiding van koud water. Dat zal de boiler beschermen
tegen een overmatige druktoename. Zie paragraaf "Sanitair
warm water circulatie" als u gebruik maakt van warmtap-
watercirculatie.
XL3
XL4
BELANGRIJK
Op de koudwatertoevoerleiding moet een ge-
schikte veiligheidsklep worden geïnstalleerd.
BELANGRIJK
Gebruik het apparaat niet als er een obstakel in
het veiligheidsventiel zit.
28
Hoofdstuk 4 | Pijpaansluitingen
BELANGRIJK
Het is niet toegestaan om vernauwingen (bijv.
verloopstukken, vuilvangers, etc.) en afsluitklep-
pen tussen de tank en de veiligheidsklep te in-
stalleren. Alleen de installatie van een T-stuk met
een aftapkraan en een T-stuk met een membra-
antank is toegestaan.
Aansluiting van het verwarmingssysteem
Gebruik bij aansluiting op een systeem met thermosta-
tische kleppen op alle radiatoren/leidingen van de vlo-
erverwarming passende hydraulische oplossingen die het
juiste volume van het verwarmingsmiddel en een minimale
onbelemmerde doorstroming garanderen. Zie de paragraaf
"Buffervat".
XL10
EQ1-BT25
XL1
XL2
Aansluiting van het 2-pijps koelingsysteem
In het koelsysteem met 2 leidingen heeft de sensor BT64
/ EQ-BT25 de functie van sensor BT25. Graadminuten
worden geteld volgens EQ-BT25. De BT25-sensor moet
volgens het schema naar de installatie worden verplaatst.
XL10
EQ1-BT25
XL1
XL2
BELANGRIJK!
Het hydraulisch systeem moet geschikt zijn voor
verwarming en koeling en de juiste thermische
isolatie hebben (toegestaan voor koeling.
-BT25
-GP10
-BT71
-BT25
-GP10
-BT71
SHK 20-200