Display spieractiviteit
Bovenaan het bedieningspaneel staat een anatomisch figuur, waar de spierzones worden verlicht die worden gebruikt tijdens de
training op de loopband. Deze zones lichten steeds op bij alle programma's. Bij het programmeren van het weerstandsprofiel op
het bedieningspaneel, is mogelijk om te controleren en in te stellen welke spieren worden gebruikt
Als u het standaard programmaprofiel (default) accepteert, bepaalt het geselecteerde programma welke spieren worden
geactiveerd door de weerstand automatisch aan te passen.
Over het algemeen gelden de volgende richtlijnen:
• De LED's van het bovenlichaam lichten op wanneer uw handen geen contact maken met de polsgreepsensoren
• De spierzones van het onderlichaam die worden geactiveerd, worden in drie kleurcodes weergegeven: groen voor een
minimale spieractivering, geel voor gemiddelde spieractivering en rood voor volledige of zware activering.
• Helling van 0-4,5% : gelijkmatige spierverdeling, alle vier spiergroepen worden oranje
• Helling van 5-15%: quads zijn amber en bilspieren, hamstrings en kalveren zijn rood
Berichtenvenster
Op het display wordt het volgende weergegeven:
Pace (tijd per km), Calories burned (aantal verbrande calorieen), Time (tijd), Distance (afgelegde afstand), Pulse (hartslag), Speed
(snelheid), Incline (hellingshoek), Program (programma) en Max. speed (maximale snelheid).
Er wordt ook een snelheid-en hellingshoekgrafiek weergegeven die angeeft hoe hard u heeft getraind en hoe zwaar de komende
segmenten worden.
10