HUMAN SENSING (Persoonsdetectie) (alleen optionele sensor)
De sensor detecteert de bewegingen van een persoon met behulp van de functie HUMAN SENSING (Persoonsdetectie).
De functie HUMAN SENSING (Persoonsdetectie) heeft drie instellingen:
OFF (Uit): geen persoonsdetectie.
1 (LIGHT (licht)): wanneer na enige tijd wordt vastgesteld dat er geen personen aanwezig zijn, schakelt de monitor
automatisch over naar een lagere helderheidsmodus om energie te sparen. Wanneer er weer een persoon in de buurt van de
monitor verschijnt, keert de monitor terug naar de normale stand. Met START TIME (Starttijd) kunt u de wachttijd instellen.
2 (DEEP (diep)): wanneer wordt vastgesteld dat er niemand aanwezig is, schakelt de monitor automatisch over naar
de energiespaarstand om energie te sparen. Wanneer een persoon in de buurt van de monitor komt, keert deze terug
uit de energiebesparingsmodus.
START TIME (HUMAN SENSING) (Starttijd (Persoonsdetectie)) (alleen optionele
sensor)
Hiermee kunt u de wachttijd instellen voor het overschakelen naar een lage helderheidsmodus of de
energiebesparingsmodus wanneer de Persoonsensor geen personen detecteert.
DV MODE (DV-modus)
Met Dynamic Visual Mode (Dynamische visuele modus) kunt u een van de volgende instellingen selecteren:
STANDARD (Standaard): de standaardinstelling.
TEXT (Tekst): de instelling die letters en lijnen scherper maakt. Deze instelling is het meest geschikt voor algemene
tekstverwerking en spreadsheets.
MOVIE (Film): de instelling die donkere tinten versterkt. Deze instelling is het meest geschikt voor films.
GAMING (Games): de instelling die hele tinten versterkt. Deze instelling is het meest geschikt voor games met
levendige, kleurrijke beelden.
PHOTO (Foto): de instelling die het contrast optimaliseert. Deze instelling is het meest geschikt voor stilstaande beelden.
DYNAMIC (Dynamisch): de instelling die de helderheid aanpast door de zwarte gebieden van het scherm te
detecteren en te optimaliseren.
OPMERKING: deze functie is uitgeschakeld wanneer Color Control System (Kleurenbeheersysteem) is ingesteld op
L/B, PROGRAMMABLE (Programmeerbaar) of DICOM SIM.
STANDARD (Standaard) wordt gebruikt voor naleving van TCO-certificering.
SCHERM
AUTO ADJUST (Automatische regeling) (alleen analoge ingang)
Hiermee past u automatisch de besturingselementen voor beeldpositie, breedte en fijnafstelling aan.
AUTO CONTRAST (Automatische contrastregeling) (alleen analoge ingang)
Hiermee wordt het weergegeven beeld voor niet-standaard beeldsignaal-inputs ingesteld.
LEFT/RIGHT (Links/Rechts)
Hiermee stelt u de horizontale positie van het beeld binnen het weergavegebied van het LCD in.
DOWN/UP (Omhoog/omlaag)
Hiermee stelt u de verticale positie van het beeld binnen het weergavegebied van het LCD in.
H.SIZE (Breedte) (alleen analoge ingang)
U past de breedte aan door de waarde van dit bedieningselement te verhogen of te verlagen.
Als de beeldinstelling met de functie "Auto Adjust" (Automatische regeling) niet naar wens is, kunt u de beeldinstelling
verfijnen met de functie "H.SIZE" (Breedte) (dot clock). Hiervoor kunt u een moiré-testpatroon gebruiken. Met deze functie
wordt de breedte van het beeld mogelijk gewijzigd. Centreer het beeld op het scherm met de knop LEFT/RIGHT (Links/
Rechts). Als de breedte onjuist is gekalibreerd, ziet het beeld eruit zoals in de linkerillustratie. Het beeld moet homogeen zijn.
De waarde voor H.SIZE
(Breedte) is onjuist.
De waarde voor H.SIZE
(Breedte) is verbeterd.
Nederlands-17
De waarde voor H.SIZE
(Breedte) is correct.