3.1 Aansluitingen met externe apparaten
Afbeelding 3-1: klemmenblok met externe apparaten
3.1.1 Aansluiting accu's / Voedingsingang
Afbeelding 3-2: Ferrietring
De ILS-2 wordt gevoed met een 24 Vdc voedingseenheid en is gecertificeerd volgens EN54-4. De voeding moet
worden aangesloten via de klemmen BATTERY op het klemmenblok waarbij de juiste polariteit moet worden
gerespecteerd. De aanbevolen minimum afmetingen bedragen 16 x 0,25 mm (18 AWG) of meer als de
voedingseenheid zich verder dan 5 m van de sensor bevindt.
Er wordt een ferrietring meegeleverd om de juiste elektromagnetische compatibiliteit (EMC) te garanderen. Een
dergelijke ring moet in de eenheid worden aangebracht en de voedingskabels moeten erom heen worden
gewikkeld zoals in afbeelding 3-2 wordt getoond. Het type voedingseenheid dat moet worden gebruikt is
afhankelijk van de aanzuigventilatorsnelheid die nodig is voor de toepassing; raadpleeg hiervoor tabel 11-2:
Stroomverbruik versus aanzuigventilatorsnelheid
3.1.2 ACTION 2, ACTION 1 - Relaisuitgang
De droog contacten van het relais ACTION veranderen van status wanneer het vooralarmniveau wordt
overschreden. Op het klemmenblok zijn Normaal geopende contacten (NO) en Normaal gesloten contacten
(NC) beschikbaar.
3.1.3 FIRE 2, FIRE 1 - Relaisuitgang
De droog contacten van het relais FIRE veranderen van status wanneer het alarmniveau wordt
overschreden. Op het klemmenblok zijn Normaal geopende contacten (NO) en Normaal gesloten contacten
(NC) beschikbaar.
3.1.4 FAULT 2, FAULT 1 - Relaisuitgang
Bij een storingsconditie verandert de status van het relais FAULT. Op het klemmenblok zijn Normaal
geopende contacten (NO) en Normaal gesloten contacten (NC) beschikbaar.
5