7
Het dagelijks werken met het apparaat
7.7.2 Buitenbedrijfstelling van het apparaat gedurende langere tijd
Aanwijzing
Wanneer u gedurende een langere periode niet met het apparaat wilt werken, kunt u het uitschakelen.
Bedenk echter, dat na het opnieuw inschakelen van het apparaat het koelen naar zeer lage
temperaturen van de cryokamer enkele uren kan duren.
Na het uitschakelen moet het apparaat grondig gereinigd en gedesinfecteerd worden
(→ Blz. 67 – 9. Reiniging, desinfectie, onderhoud).
1. Vergrendel het handwiel.
2. Verwijder het lemmet/mes uit de lemmet-/meshouder. Plaats het mes terug in de messenkist;
Druk het lemmet in de gebruikte-lemmethouder onder aan de dispenser (→ "Afb. 36").
3. Verwijder al het preparaatmateriaal uit de cryostaat.
4. Verwijder de lemmet-/meshouder uit de cryokamer.
5. Verwijder snijafval met een koude kwast.
6. Maak de opvangschaal leeg.
7. Schakel het apparaat met de stroomonderbreker uit en trek de stekker uit het stopcontact.
8. Verwijder aflegplaten en kwasthouder om deze te reinigen en desinfecteren.
9. Verwijder de rubber stop en plaats de afvoerslang
opvangreservoir. Voer de opgevangen ontdooivloeistof af overeenkomstig de geldende
laboratoriumvoorschriften.
10. Veeg de cryostaatkamer schoon met een papieren doek die is bevochtigd met een
desinfecterend middel op alcoholbasis.
11. Laat het schuifvenster open, zodat de cryokamer kan drogen en het desinfecterend middel kan
verdampen.
Aanwijzing
Bij uitschakelen via de
Vóór het opnieuw inschakelen moeten de cryokamer, het microtoom alsmede alle onderdelen van het
apparaat absoluut droog zijn.
60
stroomonderbreker
blijven de geprogrammeerde waarden behouden.
(→ "Afb. 11-2")
in het externe
Versie 2.5, revisie P