Elektrische aansluiting
• Controleer vóór aansluiten van het apparaat op het elektriciteitsnet of de elektrische aansluitwaarden
van uw laboratorium overeenstemmen met de gegevens op het typeplaatje van het apparaat!
• Bij het opstarten van het koelsysteem mag de minimale nominale spanning niet worden onderschreden
- (→ Blz. 18 – 3. Technische specificaties)! De compressor heeft daarbij een aanloopstroom tussen
45 en 50 A nodig. Laat daarom door een vakman controleren of de elektrische installatie ter plaatse
voldoet aan de voorwaarden voor een correcte werking van het apparaat. Voor een correcte werking
van het apparaat moet een op de specificaties afgestemde, gelijkblijvende stroomtoevoer gewaarborgd
zijn. Niet-naleving van het bovenstaande kan het apparaat beschadigen.
• Er mag geen extra verlengsnoer worden gebruikt.
Ontdooiing
Waarschuwing
Tijdens de ontdooiing kan de snelvriesstrip zeer heet worden! Raak deze daarom niet aan!
2.5
Bediening van het apparaat
• Pas op bij het gebruik van microtoommessen en wegwerplemmeten. De snijkant is zeer scherp en kan
ernstig letsel veroorzaken!
Waarschuwing
Het wordt ten zeerste aangeraden de veiligheidshandschoenen te dragen die worden bijgeleverd in
Blz. 25 – 4.3 Standaardleveringsomvang - paklijst)!
• Voordat het apparaat wordt verlaten of buiten werking wordt gesteld, moet altijd het mes/lemmet
van de mes-/lemmethouder worden verwijderd en mogen er na het verwijderen geen open messen/
lemmeten rondslingeren!
• Leg messen nooit met de snijkant naar boven weg!
• Probeer in geen geval een vallend mes/lemmet op te vangen!
• Span altijd eerst het object en dan het mes/lemmet in!
• Vóór elke manipulatie aan object of mes/lemmet alsmede vóór elke preparaatwissel en in pauzes moet
het handwiel worden vastgezet en moet het mes worden afgedekt met de vingerbescherming!
• Langer contact van de huid met koude delen van het apparaat kan leiden tot bevriezingsletsel!
• Om een zekere stroom condensaat te waarborgen en een mogelijk besmettingsrisico te voorkomen,
moet de afvoerslang die aan de zijde van het apparaat zit
opvangreservoir worden gelegd!
• Vermijd contact met condensorvinnen omdat scherpe randen voor verwondingen kunnen zorgen.
• Inbrengen van objecten in de condensorventilatoren moet worden voorkomen, aangezien dat kan leiden
tot verwondingen en/of schade aan het instrument.
• Draag snijresistente handschoenen tijdens het reinigen.
• Reinig bij zichtbare vervuiling (zoals stofvlokken) de luchtinlaatopening van de condensor onder aan de
rechterzijde van het apparaat met een kwast, bezem of stofzuiger in de richting van de lamellen.
Leica CM1520
(→ "Afb. 54-1")
in een geschikt
2
Veiligheid
(→
15