1
2
3
4
5
2.12 Regelsensor gekoeld water
De watergekoelde EWWD/EWWH/EWWS VZ-eenheid is uitgerust met een microprocessor. Let goed op als u bij het
apparaat werkt zodat u geen kabels en/of sensoren beschadigt. Controleer de kabels voordat u de eenheid start.
Voorkom dat kabels over het frame of andere onderdelen gaan wrijven. Zorg ervoor dat de kabels goed zijn
aangesloten. Als de temperatuursensor vanwege onderhoud wordt verwijderd, dan mag de geleidende pasta in de
bron niet weghalen en moet u de sensor weer op de juiste manier terugplaatsen. Na het terugplaatsen van de sensor
moet u de sluitmoer vastdraaien om wegglijden te voorkomen.
2.13 Veiligheidsklep
Elke warmtewisselaar (verdamper en condensator) is voorzien van een veiligheidsklep die geïnstalleerd is op een
omschakelklep die onderhoud en periodieke controles mogelijk maakt zonder een aanzienlijke hoeveelheid
koelmiddel te verliezen. Laat de veiligheidsklep niet voor de helft open staan.
Om schade door inademing en direct contact met koelgas te voorkomen, moeten de uitgangen
van de veiligheidsklep vóór de werkzaamheden met een transportleiding worden verbonden.
Deze pijpen moeten zo geïnstalleerd worden dat, als de klep opent, het afgevoerde koelmiddel
geen mensen en/of voorwerpen raakt, of het gebouw kan binnendringen via ramen en/of andere
openingen. De installateur is verantwoordelijk voor het aansluiten van de veiligheidsklep op de
spoelpijp en het passen van de pijp. Raadpleeg hiervoor de geharmoniseerde standaard
EN13136 voor het passen van de afvoerpijpen die op de veiligheidskleppen moeten worden
aangesloten.
2.14 Open de isolatie- en/of afsluitkleppen
Voordat u de machine inschakelt en de compressors start, moet u alle kleppen openen die in de fabriek vanwege het
verzenden werden gesloten.
De kleppen die moeten worden geopend zijn:
1.
Klep (optioneel) geïnstalleerd op de leiding van de compressor.
2.
Afsluitkleppen voor de olieterugvoerpijp (straalpomp). Deze kleppen zitten onder de verdamperbuis vlakbij
de straalpomp.
3.
De klep op de vloeistofpijp onder de condensator.
4.
Oliekleppen die op de pijp zitten die het smeersysteem van de compressor voedt. Deze pijp loopt vanuit de
onderkant van de oliescheider aan de binnenkant van de condensator.
5.
Klep (optioneel) geïnstalleerd op de pomppijp van de compressor.
Afbeelding12 -Regelschema condensatie met bronwater
Vanuit de hoofdpomp van de condensator
Bedrijfsklep
Direct op water reagerende regelklep
Configuratie nodig als de regelklep niet wordt gebruikt
Bij de afvoer
D-EIMWC003H02-18_05NL - 23/46