Faxen
Configuratie 2: De printer is aangesloten op een wandaansluiting; kabelmodem bevindt zich
ergens anders in het gebouw
1
Sluit het ene uiteinde van de telefoonkabel aan op de line-poort van de printer.
2
Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op een werkende analoge wandaansluiting voor telefoons.
3
Sluit uw analoge telefoon aan op de telefoonpoort van de printer.
Het instellen van de fax in landen of regio's met afwijkende telefoonwandcontactdozen
en stekkers
LET OP: GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN: Schakel tijdens onweer dit product niet in en
maak geen elektrische of bekabelde verbindingen, zoals de fax, het netsnoer of een telefoonkabel, om
elektrische schokken te voorkomen.
LET OP: GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer om het
risico van elektrische schokken te voorkomen.
102