BEDIENING VAN DE MOTOR
DE MOTOR UITSCHAKELEN
(STOPPEN)
Stop de motor volgens de volgende procedures:
Normaal stoppen
1. Zet de hendel van de bedieningskop in de
stand N (Neutraal). (Het lampje NEUTRAL
gaat branden.)
2. Laat de motor afkoelen bij een laag toerental
(minder dan 1.000 min
vijf minuten.
Voor een maximale levensduur van de motor
raadt Yanmar aan dat u bij het uitschakelen van
de motor, de motor 5 minuten stationair en
zonder belasting laat draaien. Zo kunnen de
motoronderdelen die bij hoge temperaturen
werken, zoals de turbocompressor en het
uitlaatsysteem, iets afkoelen voordat de motor
zelf wordt uitgeschakeld.
3. Druk op de START/STOP-schakelaar van de
motor op het schakelpaneel van het gekozen
station om de motor te stoppen.
4. Druk op de aan-uitschakelaar om de stroom uit
te schakelen.
VOORZICHTIG
Druk niet op de START/STOP-schakelaar
van de motor als de motor is gestopt.
De motor wordt dan opnieuw gestart.
Zet de accuschakelaar niet op OFF voordat
u de aan-uitschakelaar op OFF hebt gezet.
Wacht minimaal vier seconden voordat u de
accuschakelaar uitzet, zodat het systeem veilig
wordt uitgeschakeld.
36
-1
(rpm)) gedurende
LET OP
LET OP
5. Schakel de accuschakelaar uit voor de motor
en de VC20.
6. Sluit de brandstoftankkraan.
7. Sluit de zeekraan.
VOORZICHTIG
Zorg dat u de zeekraan sluit. Als u de
zeekraan niet sluit, kan er water in de boot
lekken, waardoor hij kan zinken.
Als er zeewater in de motor blijft zitten,
kan het bevriezen en onderdelen van
het koelsysteem beschadigen als de
omgevingstemperatuur lager is dan 0 °C
(32 °F).
Afbeelding 8
Afbeelding 9
Gebruiksaanwijzing 6LT-serie
Neutral
START/STOP-schakelaar
van de motor