Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Multi-Display (Meerdere Beeldschermen) - NEC MultiSync UX552 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

OSD MENU (OSD-menu)
INFORMATION OSD
(Informatie-OSD)
COMMUNICATION INFO
(Communicatie-info).
OSD TRANSPARENCY
(Transparantie OSD)
OSD ROTATION (OSD-rotatie) Hiermee kunt u de OSD-weergave wijzigen van liggend naar staand of andersom.
LANDSCAPE (Liggend)
PORTRAIT (Staand)
KEY GUIDE
(Bedieningsaanwijzing)
MEMO
INPUT NAME (Naam ingang)
CLOSED CAPTION
(Ondertiteling)
Alleen voor VIDEO-ingang
RESET (Opnieuw instellen)

MULTI-DISPLAY (Meerdere beeldschermen)

MULTI-DSP MENU
AUTO TILE MATRIX SETUP
(Automatische instellingen
tegelmatrix)
Hiermee kunt u aangeven of er wel of niet automatisch informatie over de monitor wordt weergegeven
wanneer deze wordt ingeschakeld, de invoer verandert of het huidige invoersignaal wordt gewijzigd.
Deze informatie omvat de huidige invoer, audiobron, beeldverhouding, resolutie en de vernieuwingsfrequentie.
De monitor-id en het IP-adres worden ook weergegeven, tenzij dit is uitgeschakeld.
De tijd hoe lang het OSD met informatie op het scherm wordt weergegeven kan worden ingesteld tussen de
3 en 10 seconden.
U kunt het OSD met informatie ook weergeven door op de afstandsbediening op de knop DISPLAY
(Weergeven) te drukken. U kunt deze functie niet met de afstandsbediening uitzetten.
Hiermee selecteert u of de [MONITOR ID] en het [IP ADDRESS] (IP-adres) wel of niet worden weergegeven
wanneer [INFORMATION OSD] (OSD met informatie) op ON (Aan) staat of wanneer op de afstandsbediening
op DISPLAY (Weergeven) wordt gedrukt.
Hiermee maakt u het OSD gedeeltelijk transparant.
Toont de OSD in liggende stand.
Toont de OSD in staande richting.
OPMERKING: CLOSED CAPTION (Ondertiteling) is niet beschikbaar indien [OSD ROTATION] (OSD-rotatie)
is ingesteld op [PORTRAIT] (Staand).
Hiermee kunt u de gids voor de bedieningsknoppen van de monitor weergeven wanneer het OSD-menu wordt
getoond.
Deze gids is gekoppeld aan het paneel met de bedieningsknoppen en beweegt niet mee als de positie van
het OSD verandert. Het is een visuele gids die een idee geeft van de positie van de knoppen, zodat functies
zonder gebruik van de afstandsbediening gemakkelijk kunnen worden aangepast.
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar wanneer [OSD FLIP] (OSD spiegelen) op [ON] (Aan) staat..
Hiermee worden de titel van de MEMO en het bericht ingesteld dat via de HTTP-server wordt weergegeven.
Raadpleeg
"MEMO Settings (MEMO-instellingen)" op pagina 88
Hiermee kunt u de huidige invoer hernoemen.
U kunt een aangepaste naam kiezen van maximaal 14 tekens, inclusief spaties. De tekens mogen een mix
zijn van letters (A-Z), cijfers (0-9) en andere symbolen.
Hiermee activeert u de ondertiteling.
OPMERKING: Deze functie kan niet worden ingeschakeld wanneer een van de volgende functies zijn
ingeschakeld: [MULTI PICTURE MODE] (Multibeeld-modus), [TEXT TICKER], [PORTRAIT] (Staand) bij
[OSD ROTATION] (OSD-rotatie), [TILE MATRIX] (Tegelmatrix), [SCREEN SAVER], [STILL] (Stilstaand beeld),
[POINT ZOOM] (Specifiek inzoomen), [SUPER] bij [INPUT CHANGE] (Ingangwijziging).
Hiermee zet u voor de volgende functies uit het OSD-menu de fabrieksinstellingen terug:
[OSD TIME] (OSD-tijd), [OSD POSITION] (OSD-positie), [INFORMATION OSD] (Informatie-OSD),
[OSD TRANSPARENCY] (OSD-transparantie), [CLOSED CAPTION] (Ondertiteling).
AUTO TILE MATRIX (Automatische tegelmatrix) Hiermee stelt u voor alle monitors in de keten automatisch
de tegelmatrix in, te beginnen bij de primaire monitor. Geef op de primaire monitor aan hoeveel monitors er in
horizontale positie en verticale positie staan en selecteer vervolgens [ACTIVATE] (Activeren).
De volgende instellingen worden op de gekoppelde monitors automatisch geconfigureerd: [MONITOR ID]
(Monitor-id), [TILE MATRIX] (Tegelmatrix), [TILE MATRIX MEM] (Geheugen tegelmatrix), [Input Signal]
(Ingangssignaal), Video-uitgangsinstelling, [DisplayPort] in TERMINAL SETTINGS (Terminal-instellingen).

OPMERKING:
• [AUTO ID] hiermee kunt u aan iedere monitor een uniek monitor-id toewijzen, te beginnen bij
de id van de primaire monitor.
 • DisplayPort is de aanbevolen ingang wanneer de monitors in een keten worden gezet.
 • Bij deze functie wordt [AUTO IP] (IP automatisch toewijzen) niet uitgevoerd. Het automatisch
toewijzen van IP-adressen aan alle monitors kan in de instellingen voor [AUTO ID/IP] worden
ingeschakeld.
 • [TILE MATRIX] (Tegelmatrix) wordt automatisch uitgeschakeld wanneer [MOTION]
(Beweging) in [SCREEN SAVER] (Schermbeveiliging) wordt ingeschakeld.
Voorbeeld van installatie via LAN:
H MONITORS (H-monitors) 3
V MONITORS (V-monitors)
Primaire monitor
3
Nederlands−112
voor meer informatie.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Multisync ux552s

Inhoudsopgave