Het smeermiddel van de
achteras verversen
Onderhoudsinterval: Na de eerste 200 bedrijfsuren
Om de 800 bedrijfsuren
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak.
2.
Reinig de omgeving van de drie aftappluggen,
(1) aan elke kant en (1) in het midden
96).
3.
Verwijder de controlepluggen zodat de olie
gemakkelijker kan weglopen.
4.
Verwijder de aftappluggen zodat de olie in de
opvangbakken kan lopen.
Figuur 96
1. Locatie van aftapplug
5.
Reinig de omgeving van de aftapplug onderaan
de tandwielkast
(Figuur
6.
Verwijder de aftapplug uit de tandwielkast zodat
de olie in de opvangbak kan lopen.
Opmerking:
Verwijder de vulplug zodat de olie
gemakkelijk kan weglopen.
(Figuur
g011509
97).
1. Aftapplug
7.
Vul voldoende olie bij totdat het peil de onderkant
van de openingen van de controlepluggen
bereikt; zie
Het smeermiddel van de achteras
verversen (bladz. 67)
de tandwielkast van de achteras controleren
(bladz.
66).
8.
Plaats de pluggen.
Toespoor achterwiel
controleren
Onderhoudsinterval: Om de 800 bedrijfsuren
1.
Meet de afstand hart-op-hart van het toespoor
(ter hoogte van de assen) aan de voorzijde en
de achterzijde van de stuurwielen.
Opmerking:
moet 6 mm korter zijn dan de afmeting achter
de wielen.
2.
Draai de klemmen aan beide uiteinden van de
spoorstangen los om ze af te kunnen stellen.
3.
Draai het uiteinde van de spoorstang om de
voorzijde van het wiel naar binnen of naar buiten
te draaien.
4.
Draai de klemmen van de spoorstangen weer
vast als de afstelling correct is.
Vervangen van de
voorbanden
1.
Laat de zijmaaidekken neer op de grond.
2.
Breng de voorzijde van de machine een
aantal centimeter omhoog vanaf de grond en
ondersteun deze met assteunen.
67
Figuur 97
en
Het smeeroliepeil van
De afstand aan de voorzijde
g011558