WERKING
Als het waarschuwingssysteem
oliedruk in werking treedt:
1. Zet de motor onmiddellijk uit en
controleer het oliepeil (zie pagina 61).
2. Start de motor opnieuw als het
oliepeil in orde is. Als het
waarschuwingssysteem oliedruk na
30 seconden wordt uitgeschakeld,
is het systeem in orde.
OPMERKING
Als de gashendel na het volgas varen
plotseling wordt dichtgezet, kan het
motortoerental zakken tot beneden
het normale stationair toerental.
Hierdoor kan het
waarschuwingssysteem oliedruk
tijdelijk worden geactiveerd.
3. Als het waarschuwingssysteem voor de
oliedruk langer dan 30 seconden actief
blijft, keer dan zo snel mogelijk terug
naar de dichtstbijzijnde afmeerplaats en
neem contact op met een officiële
dealer van Honda-buitenboordmotoren.
108
CONTROLEOPENING KOELWATER
Als het waarschuwingssysteem
oververhitting in werking treedt:
1. Zet de schakel- of bedieningshendel
onmiddellijk in de vrijstand.
Controleer of er water uit de
controleopening koelwater stroomt.
2. Als er water uit de controleopening
koelwater stroomt, laat dan de
motor gedurende 30 seconden
stationair draaien. Als het
waarschuwingssysteem
oververhitting na 30 seconden
wordt uitgeschakeld, is het systeem
in orde.
OPMERKING
Als de motor uitgezet wordt na het
draaien met volgas, kan de
motortemperatuur oplopen tot boven
normaal. Als de motor opnieuw
gestart wordt, vlak nadat hij uitgezet
is, kan het waarschuwingssysteem
voor oververhitting kortstondig
geactiveerd worden.