Procescondities
Geschiktheid voor de om-
gevingsomstandigheden
Vochtigheid
VEGAKON 61 • Relais (DPDT)
4
Monteren
4.1
Algemene instructies
Opmerking:
Het instrument mag uit veiligheidsoverwegingen alleen binnen de
toegestane procesomstandigheden worden gebruikt. De specificaties
daarvan vindt u in hoofdstuk " Technische gegevens" van de handlei-
ding resp. op de typeplaat.
Waarborg voor de montage, dat alle onderdelen van het instrument
die in aanraking komen met het proces, geschikt zijn voor de optre-
dende procesomstandigheden.
Daarbij behoren in het bijzonder:
•
Meetactieve deel
•
Procesaansluiting
•
Procesafdichting
Procesomstandigheden zijn in het bijzonder:
•
Procesdruk
•
Procestemperatuur
•
Chemische eigenschappen van het medium
•
Abrasie en mechanische inwerkingen
Het instrument is voor normale en uitgebreide omgevingsomstandig-
heden conform DIN/EN/IEC/ANSI/ISA/UL/CSA 61010-1 geschikt. Het
kan zowel binnen als buiten worden gebruikt.
Gebruik de aanbevolen kabel (zie hoofdstuk " Op de voedingsspan-
ning aansluiten") en draai de kabelwartel vast aan.
U beschermt uw instrument extra tegen het binnendringen van vocht
door de aansluitkabel voor de kabelwartel naar beneden te leiden.
Hiervoor kan de behuizing zonder gereedschap met maximaal 270°
worden gedraaid. Regen- en condenswater kan dan afdruipen. Dit
geldt vooral bij buitenopstelling of in ruimten waar met een hoge
vochtigheid rekening moet worden gehouden (bijv. vanwege reini-
gingsprocessen) of op gekoelde resp. verwarmde tanks.
Waarborg voor het behoud van de beschermingsklasse van het in-
strument, dat de deksel van de behuizing tijdens bedrijf altijd gesloten
en eventueel geborgd is.
4 Monteren
9