15 Installatie van de leidingen
14.3.2
De buitenunit installeren
14.3.3
Afvoer voorzien
OPMERKING
Indien afvoergaten van de buitenunit door een sokkel of
een vloer afgedekt worden, monteer dan de unit hoger om
een vrije ruimte van minstens 150 mm onder de buitenunit
te hebben.
Afvoeropeningen (afmetingen in mm)
Model
RXYSA8
RXYSA10 +
RXYSA12
a
Afvoeropeningen
14.3.4
Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan
omvallen
Voer de volgende stap uit als de unit wordt geïnstalleerd op een
plaats waar ze aan sterke winden is blootgesteld:
1 Maak 2 kabels klaar zoals getoond op de volgende afbeelding
(ter plaatse te voorzien).
2 Leg de 2 kabels over de buitenunit.
3 Stop een stuk rubber tussen de kabels en de buitenunit zodat
de kabels de verf niet kunnen beschadigen (lokaal te voorzien).
4 Maak de uiteinden van de kabels vast.
5 Trek de kabels aan.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
30
4× M12
Onderaanzicht [mm]
a
498
68
66
72
49
90
54
307
858
872
892
916
a
20
216
130
98
89
32
21
15
Installatie van de leidingen
VOORZICHTIG
Zie
"2
Specifieke
installateur" [ 4 5] om te controleren of deze installatie aan
alle veiligheidsvoorschriften voldoet.
15.1
Koelmiddelleiding voorbereiden
15.1.1
Vereisten voor de koelmiddelleidingen
OPMERKING
De leidingen en andere drukvoerende delen moeten
geschikt zijn voor koelmiddel. Gebruik met fosforzuur
gedeoxideerde, naadloze koperen leidingen voor de
koelmiddelleidingen.
▪ Vreemde stoffen in de leidingen, waaronder oliën die tijdens de
fabricage worden gebruikt, mogen niet meer dan 30 mg/10 m
bedragen.
15.1.2
Materiaal koelmiddelleidingen
▪ Leidingmateriaal: met fosforzuur gedeoxideerd naadloos koper
▪ Flareverbindingen: Gebruik alleen gegloeide leidingen.
▪ Hardingsgraad en dikte leidingen:
Buitendiameter
Hardingsgraad
(Ø)
6,4 mm (1/4")
Gegloeid (O)
9,5 mm (3/8")
12,7 mm (1/2")
15,9 mm (5/8")
Gegloeid (O)
19,1 mm (3/4")
Halfhard (1/2H)
22,2 mm (7/8")
25,4 mm (1")
Halfhard (1/2H)
(a)
Afhankelijk van de toepasselijke wetgeving en de maximale
bedrijfsdruk van de unit (zie "PS High" op het naamplaatje van de
unit), zijn mogelijk dikkere leidingen vereist.
15.1.3
Isolatie van de koelmiddelleidingen
▪ Neem polyethyleenschuim als isolatiemateriaal:
▪ met een warmteoverdrachtsfactor begrepen tussen 0,041 en
0,052 W/mK (0,035 en 0,045 kcal/mh°C)
▪ bestand tegen minstens 120°C
▪ Isolatiedikte:
Omgevingstemperat
Vochtigheid
uur
≤30°C
75% tot 80% RV
veiligheidsinstructies
voor
de
(a)
Dikte (t)
Ø
≥0,80 mm
≥0,99 mm
≥0,80 mm
≥0,88 mm
Minimumdikte
15 mm
RXYSA8~12AMY1B
VRV 5-S-systeemairconditioner
4P752781-1B – 2024.02
t