13 Speciale vereisten voor R32-units
13.3.1
Overzicht:stroomschema
Totale hoeveelheid koelmiddel [kg]
Bepaal vereiste veiligheids-
maatregel op basis van 'Alle
andere verdiepingen' van de
grafiek en tabel.
Alarm +
Geen
Natuurlijke ventilatie
veiligheidsmaatregel
Alarm +
afsluiter [SV-unit]
Opmerking:
Het stroomschema is een overzicht. Raadpleeg altijd de volledige tekst in deze handleiding voor een duidelijk begrip en gedetailleerde uitleg.
13.4
Veiligheidsmaatregelen
13.4.1
Geen veiligheidsmaatregel
Wanneer de kameroppervlakte groot genoeg is, zijn geen
veiligheidsmaatregelen vereist. Dit geldt ook voor een binnenunit die
op de laagste ondergrondse verdieping is geïnstalleerd.
Daarom kan het R32-veiligheidssysteem in de binnenunit in een
voldoende
grote
ruimte
worden
ingeschakeld) door de instelling in de gebruikersinterface te wijzigen
zoals hieronder weergegeven:
Lokale instellingen
Geen veiligheidsmaatregel
e
Instellin
1
code
Functie
g
15/25
13
Instelling
veiligheidssystee
m voor R32-
lekken
Opmerking: Zie
"18.1.8 Lokale instelling
meer informatie.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
22
Procedure voor controle vereiste
tegenmaatregel voor binnenunit
Bepaal totale hoeveelheid koelmiddel
in het systeem.
Bepaal de kleinste oppervlakte tussen:
- de kamer waar een binnenunit is
geïnstalleerd,
- elk van de kamers die worden bediend door
een in een andere kamer geïnstalleerde
binnenunit met kanaalaansluitingen
A
[m²]
min
NEE
Binnenunit geïnstalleerd/
conditioneert op laagste
ondergrondse verdieping?
Zie Stap 3 in de
bovenstaande
tekst
+
OF
+
uitgeschakeld
(standaard
e
2
code
Beschrijving
01
Gedeactiveerd
binnenunit" [ 4 45] voor
Zie Stap 1 in de bovenstaande tekst
Zie Stap 2 in de bovenstaande tekst
JA
Bepaal vereiste veiligheids-
maatregel op basis van 'Laagste
ondergrondse verdieping' van de
grafiek en tabel.
Geen
Alarm
veiligheidsmaatregel
OF
Natuurlijke ventilatie
13.4.2
Alarm
Met de binnenunits gebruikte afstandsbedieningen die compatibel
zijn met R32-veiligheidssystemen (bijv. BRC1H52/82* of een later
type)
zijn
uitgerust
veiligheidsmaatregel. Raadpleeg voor de installatie van de
afstandsbediening de montage- en gebruikshandleiding die bij de
afstandsbediening wordt geleverd.
Elke binnenunit moet worden aangesloten op een afstandsbediening
die
compatibel
is
BRC1H52/82* of een later type). Deze afstandsbedieningen zijn
voorzien van veiligheidsmaatregelen die de gebruiker visueel en met
een geluid zullen waarschuwen voor een lek.
De vereisten moeten verplicht worden nageleefd voor de installatie
van de afstandsbediening.
1 Alleen een afstandsbediening die compatibel is met het
veiligheidssysteem kan worden gebruikt. Zie de technische data
sheet voor de compatibiliteit van de afstandsbediening (bv.
BRC1H52/82*).
2 Elke binnenunit moet op een aparte afstandsbediening worden
aangesloten. Als binnenunits onder groepsbesturing staan, kan
slechts één afstandsbediening per kamer worden gebruikt.
Zie Stap 3 in de
bovenstaande
tekst
NIET toegelaten
met
een
ingebouwd
met
een
R32-veiligheidssysteem
RXYSA8~12AMY1B
VRV 5-S-systeemairconditioner
4P752781-1B – 2024.02
alarm
als
(bv.