Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Over de documentatie Over dit document................................2 Algemene veiligheidsmaatregelen Over de documentatie..............................2.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ..................Voor de installateur ................................ 2.2.1 Algemeenheden ............................. 2.2.2 Plaats van installatie ............................2.2.3 Koelmiddel — in geval van R410A of R32 ...................... 11 2.2.4 Pekel................................
Pagina 3
Inhoudsopgave De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te vullen....................51 Extra koelmiddel bijvullen............................... 51 De label voor fluorhoudende broeikasgassen bevestigen..................... 51 9 Elektrische installatie Over het aansluiten van de elektrische bedrading ......................53 9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading............53 9.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading ..............
WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud, reparaties en gebruikte materialen moeten overeenstemmen met de instructies van Daikin en daarnaast ook met de geldende wetgeving en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. In Europa en gebieden waar de IEC-normen gelden, is EN/IEC 60335-2-40 de toepasselijke norm.
Algemene veiligheidsmaatregelen 2 Algemene veiligheidsmaatregelen 2.1 Over de documentatie ▪ De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle andere talen zijn vertalingen. ▪ Alle in dit document vermelde voorzorgen betreffen zeer belangrijke punten en dienen dus steeds nauwgezet te worden nageleefd. ▪...
Daikin gemaakt of goedgekeurd werden. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de materialen die voor de installatie en de testen gebruikt worden, voldoen aan de geldende wetgeving (bovenop de instructies beschreven in de Daikin- documentatie). 2MXM68+3(A)MXM+3(A)MXF+4MXM+5MXM Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-reeks 4P600463-1C –...
Algemene veiligheidsmaatregelen VOORZICHTIG Draag gepaste persoonlijke beschermingsuitrustingen (beschermende handschoenen, veiligheidsbril, enz.) wanneer u het systeem installeert of onderhoudt. WAARSCHUWING Scheur plastiekverpakkingen aan stukken en gooi deze weg zodat niemand, kinderen in het bijzonder, ermee kan spelen. Mogelijk risico: verstikking. WAARSCHUWING Neem gepaste maatregelen om te beletten dat de unit door kleine dieren als schuilplaats gebruikt kan worden.
Pagina 8
WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud en reparaties moeten overeenstemmen met de instructies van Daikin en met de geldende wetgeving (bijvoorbeeld de nationale gasregelgeving) en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. WAARSCHUWING Als één of meerdere ruimten via een kanaalsysteem verbonden zijn met de unit,...
Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING ▪ Neem de nodige voorzorgsmaatregelen om overmatig trillen of pulseren op koelmiddelleidingen te voorkomen. ▪ Beschermende apparatuur, leidingen en fittingen moeten zo goed mogelijke tegen slechte omgevingseffecten worden beschermd. ▪ Denk eraan dat lange leidingen kunnen uitzetten of krimpen. ▪...
Pagina 10
Algemene veiligheidsmaatregelen ▪ Voor binnenunits: Is de unit een plafond-, wand- of vloermodel? ▪ Voor binnenshuis geïnstalleerde of opgeslagen buitenunits, en lokale leidingen in ruimtes zonder ventilatie hangt dit af van de installatiehoogte: Bij een installatiehoogte van… Gebruik de grafiek of tabel voor… <1,8 m Vloerunits 1,8≤x<2,2 m...
Algemene veiligheidsmaatregelen Ceiling-mounted Wall-mounted Floor-standing unit unit unit m (kg) m (kg) m (kg) ≤1.842 — ≤1.842 — ≤1.842 — 1.843 3.64 1.843 4.45 1.843 28.9 4.83 34.0 3.95 4.34 5.31 41.2 5.79 49.0 4.74 5.13 6.39 57.5 5.53 7.41 66.7 8.51 76.6...
Pagina 12
Algemene veiligheidsmaatregelen GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR Afpompen – Koelmiddellekken. Als u het systeem wil afpompen en er zit een lek in het koelmiddelcircuit: ▪ Gebruik NIET de automatische afpompfunctie van de unit die al het koelmiddel uit het systeem naar de buitenunit kan sturen. Mogelijk gevolg: Zelfontbranding en explosie van de compressor door lucht die in de draaiende compressor terechtkomt.
Algemene veiligheidsmaatregelen Er is GEEN sifonbuis Vul bij met de ondersteboven staande fles. ▪ Open koelmiddelflessen steeds traag. ▪ Vul bij met koelmiddel in vloeibare vorm. Het koelmiddel in gasvormige fase toevoegen kan de normale werking verstoren. VOORZICHTIG Wanneer het bijvullen van koelmiddel is voltooid of wanneer u even pauzeert, moet u de kraan van het koelmiddelreservoir onmiddellijk dichtdraaien.
Algemene veiligheidsmaatregelen 2.2.6 Elektrisch GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE ▪ Schakel de elektrische voeding volledig UIT vooraleer u het deksel van de schakelkast verwijdert, elektrische bedrading aansluit of elektrische onderdelen aanraakt. ▪ Schakel de elektrische voeding langer dan 10 minuten uit en meet de spanning aan de aansluitklemmen van de condensatoren van de hoofdkring of elektrische onderdelen vooraleer u een onderhoud uitvoert.
Pagina 15
Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING Voorzorgsmaatregelen bij het leggen van voedingsbedrading: ▪ Sluit GEEN bedrading van verschillende diktes aan op de klemmenstrook voor de voeding (speling in de voedingsbedrading kan abnormale hitte veroorzaken). ▪ Bij het aansluiten van bedrading met dezelfde dikte, volgt u de aanwijzingen in de bovenstaande afbeelding.
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur 3 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur Leef altijd de volgende veiligheidsinstructies en voorschriften na. Installatie van de unit (zie "6 Installatie van de unit" [ 26]) WAARSCHUWING De installatie moet worden uitgevoerd door een installateur, en de keuze van de materialen en de installatie moet voldoen aan de geldende wetgeving.
Pagina 17
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur VOORZICHTIG Sluit de ingebouwde aftakkingsleiding NIET aan op de buitenunit wanneer u alleen de leidingen aanlegt zonder de binnenunit aan te sluiten om later een extra binnenunit toe te voegen. WAARSCHUWING ▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken.
Pagina 18
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING Raak ongewenste vloeistoflekken NOOIT rechtstreeks aan. U zou ernstige wonden kunnen oplopen door bevriezing. WAARSCHUWING ▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken. ▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. Het heeft een aardopwarmingsvermogen (GWP) van 675.
Pagina 19
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING Als het netsnoer beschadigd is, MOET de fabrikant, zijn vertegenwoordiger, zijn servicevertegenwoordiger of gelijkaardige bevoegde personen het snoer vervangen om een gevaarlijke situatie te voorkomen. WAARSCHUWING Sluit de elektrische voeding NIET aan op de binnenunit. Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken.
Pagina 20
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING ▪ Vooraleer een onderhoud of herstelling uit te voeren moet u ALTIJD de hoofdschakelaar op het voedingspaneel uitschakelen, de zekeringen verwijderen of de beveiligingen van de unit openen. ▪ Raak onderdelen die onder stroom staan minstens 10 minuten na het uitschakelen van de voeding NIET aan wegens het risico op hoogspanning.
Pagina 21
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING Om gevaar als gevolg van het per ongeluk resetten van de thermische beveiliging te voorkomen, mag dit toestel NIET worden gevoed via een externe schakelinrichting zoals een timer of zijn aangesloten op een circuit dat regelmatig IN- en UITgeschakeld wordt door de voorziening.
Over de doos 4 Over de doos 4.1 Overzicht: Over de doos Dit hoofdstuk beschrijft wat u moet doen nadat de dozen met de buiten- en binnenunit on-site werden geleverd. Denk aan de volgende punten: ▪ De unit MOET bij de levering gecontroleerd worden op beschadigingen. Elke vorm van beschadiging MOET onmiddellijk aan de schadeverantwoordelijke van de transporteur gemeld worden.
Over de doos 4.2.2 Om de toebehoren van de buitenunit uit te nemen 1 Hef de buitenunit op. VOORZICHTIG Ga alleen als volgt om met de buitenunit: 2 Verwijder de accessoires op de bodem van de verpakking. 1× 1× 1× 1×...
Pagina 24
Over de doos Montagehandleiding buitenunit Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid Label gefluoreerde broeikasgassen Meertalig label gefluoreerde broeikasgassen Afvoeraansluiting Zakje met schroeven. De schroeven worden gebruikt voro het vastleggen van de kabelbevestigingen van de elektriciteitsdraden. Afvoerdeksel (klein) Afvoerdeksel (groot) Verloopstuk Energielabel 2MXM68+3(A)MXM+3(A)MXF+4MXM+5MXM...
WAARSCHUWING: MATIG ONTVLAMBAAR MATERIAAL Het koelmiddel in deze unit is weinig ontvlambaar. INFORMATIE Voor de bedrijfslimieten, zie de recentste technische gegevens van de buitenunit op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). 5.1 Overzicht: Over de unit Dit hoofdstuk bevat informatie over: 5.2 Identificatie OPMERKING Wanneer meerdere units gelijktijdig geïnstalleerd of onderhouden worden, let op de...
Installatie van de unit 6 Installatie van de unit WAARSCHUWING De installatie moet worden uitgevoerd door een installateur, en de keuze van de materialen en de installatie moet voldoen aan de geldende wetgeving. In Europa is de norm EN378 van toepassing. In dit hoofdstuk Installatieplaats voorbereiden..............................
Installatie van de unit WAARSCHUWING Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld: open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende elektrische verwarming). 6.1.1 Vereisten inzake de plaats waar de buitenunit geïnstalleerd wordt INFORMATIE Lees ook de volgende vereisten: ▪...
Pagina 28
Installatie van de unit Geleideplaat Belangrijkste windrichting Luchtuitlaat Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen: ▪ Geluidsgevoelige zones (zoals naast een slaapkamer), zodat het geproduceerd geluid in bedrijf geen overlast veroorzaakt. Opmerking: Als het geproduceerd geluid in reële omstandigheden wordt gemeten, kan de gemeten waarde omwille van omgevingsgeluiden en geluidsreflecties groter zijn dan het in de specificaties onder Geluidspectrum vermeld geluidsdrukniveau.
Installatie van de unit ▪ Let bij de installatie van de afscherming tegen de wind op de vereisten inzake de serviceruimte. Zeewind Gebouw Buitenunit Afscherming tegen wind De buitenunit is ontworpen om alleen buiten geïnstalleerd te worden en voor omgevingstemperaturen van: Koelstand Verwarmstand –10~46°C droge bol...
Installatie van de unit 6.2 Openen van de unit 6.2.1 Over openen van de unit U moet op bepaalde momenten de unit openen. Voorbeeld: ▪ Bij het aansluiten van de koelmiddelleidingen ▪ Wanneer u de elektrische bedrading moet aansluiten ▪ Wanneer u onderhoudswerkzaamheden op de unit moet uitvoeren GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Laat de unit NIET onbewaakt achter wanneer het servicedeksel verwijderd is.
Installatie van de unit 6.3.2 Voorzorgsmaatregelen bij de montage van de buitenunit INFORMATIE Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ "2 Algemene veiligheidsmaatregelen" [ 5] ▪ "6.1 Installatieplaats voorbereiden" [ 26] 6.3.3 De installatiestructuur voorzien Controleer de stevigheid en het vlak zijn van de grond waarop de unit geïnstalleerd zal worden, zodat deze niet gaat trillen of lawaai maken wanneer ze in bedrijf is.
Installatie van de unit 6.3.4 De buitenunit installeren 4× M8/M10 6.3.5 Afvoer voorzien ▪ Controleer of het condenswater goed kan worden afgevoerd. ▪ Plaats de unit op een sokkel om een goede afvoer te hebben, zodat ijs zich niet kan ophopen. ▪...
Installatie van de unit Afvoeropeningen afsluiten en de afvoeraansluiting installeren 1 Installeer de afvoerdeksels (accessoire f) en (accessoire g). Controleer of de randen van de afvoerdeksels de openingen volledig afsluiten. 2 Installeer de afvoeraansluiting. Afvoeropening. Installeer een afvoerdeksel (groot). Afvoeropening. Installeer een afvoerdeksel (klein). Afvoeropening voor afvoeraansluiting 6.3.6 Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan omvallen Voer de volgende stap uit als de unit wordt geïnstalleerd op een plaats waar ze aan...
Installatie van de leidingen 7 Installatie van de leidingen In dit hoofdstuk De koelmiddelleidingen voorbereiden........................... 7.1.1 Vereisten voor de koelmiddelleidingen......................... 7.1.2 De koelleidingen isoleren............................7.1.3 Lengte koelmiddelleiding en hoogteverschil......................De koelmiddelleiding aansluiten ............................7.2.1 Over het aansluiten van de koelmiddelleidingen....................7.2.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen..............
Installatie van de leidingen 4MXM80 Gasleiding 1× Ø9,5 mm (3/8") 1× Ø12,7 mm (1/2") 2× Ø15,9 mm (5/8") 5MXM90 Vloeistofleiding 5× Ø6,4 mm (1/4") Gasleiding 2× Ø9,5 mm (3/8") 1× Ø12,7 mm (1/2") 2× Ø15,9 mm (5/8") ▪ Hardingsgraad en dikte leidingen: Buitendiameter (Ø) Hardingsgraad Dikte (t) Ø...
Installatie van de leidingen 7.1.3 Lengte koelmiddelleiding en hoogteverschil INFORMATIE Voor de Hybride voor Multi en de warmtapwatergenerator voor Multi, zie de montagehandleiding van de binnenunit voor de maximaal toelaatbare lengte van de koelmiddelleiding en het hoogteverschil. Hoe korter de koelmiddelleiding, des te beter de prestaties van het systeem. De leidinglengte en hoogteverschillen moeten voldoen aan de volgende vereisten.
Installatie van de leidingen 7.2 De koelmiddelleiding aansluiten VOORZICHTIG ▪ Niet ter plaatse braseren of lassen voor units die bij de verzending met R32- koelmiddel zijn gevuld. ▪ Tijdens de installatie van het koelsysteem moet bij het verbinden van delen waarvan minstens één deel met koelmiddel gevuld is met de volgende vereisten rekening worden gehouden: ð...
Pagina 38
Installatie van de leidingen GEVAAR: RISICO OP BRANDWONDEN VOORZICHTIG ▪ Gebruik GEEN minerale olie op het verbreed uiteinde van de koelmiddelleiding. ▪ Gebruik NIET opnieuw een leiding afkomstig van vorige installaties. ▪ Installeer NOOIT een droger op deze R32-unit om zijn levensduur te kunnen garanderen.
Installatie van de leidingen WAARSCHUWING Sluit de koelmiddelleidingen goed aan voordat u de compressor inschakelt. Als de koelmiddelleidingen NIET zijn aangesloten en de afsluiter tijdens het afpompen openstaat, wordt lucht in het circuit gezogen wanneer de compressor wordt ingeschakeld. Dit veroorzaakt dan een abnormale druk in de koelcyclus, wat kan leiden tot schade aan de apparatuur en zelfs letsels.
Installatie van de leidingen 7.2.5 Het uiteinde van een buis verbreden VOORZICHTIG ▪ Een onvolledige verbreding kan lekken van koelgas veroorzaken. ▪ Gebruik getrompte buizen NIET opnieuw. Gebruik nieuwe getrompte buizen om ervoor te zorgen dat geen koelgas kan lekken. ▪...
Pagina 41
Installatie van de leidingen Buitenunit Totale capaciteitsklasse binnenunits 3MXM40 ≤7,0 kW 3MXM52, 3AMXM52, 3MXF52, ≤9,0 kW 3AMXF52 3MXM68, 4MXM68, 3MXF68 ≤11,0 kW 4MXM80 ≤14,5 kW 5MXM90 ≤15,6 kW Poort Klasse Verloopstuk 2MXM68 A (Ø9,5 mm) 15, 20, 25, 35, (42) — B (Ø12,7 mm) 15, 20, 25, 35, (42) 42, 50, 60 —...
Installatie van de leidingen Aansluitingspoort buitenunit Verloopstuk nr. 2 Verloopstuk nr. 4 Wartelmoer voor Ø12,7 mm Leidingen tussen units Breng een laagje koelmachine-olie aan op de bedrade aansluitpoort van de buitenunit waar de wartelmoer in past. Wartelmoer voor (mm) Aanhaalmoment (N•m) Ø9,5 33~39 Ø12,7...
Pagina 44
Installatie van de leidingen ▪ Wanneer een lage bedrijfsdruk wordt verwacht (bijvoorbeeld bij koelen bij lage buitentemperaturen), moet u de flaremoer in de afsluiter op de gasleiding voldoende afdichten met siliconen om bevriezing te voorkomen. Siliconen afdichtmiddel; zorg ervoor dat alles goed afgedicht is. De afsluiter openen/sluiten 1 Verwijder het deksel van de afsluiter.
Installatie van de leidingen 7.2.8 Koelmiddelleiding op buitenunit aansluiten ▪ Leidinglengte. Houd de lokale leidingen zo kort mogelijk. ▪ Bescherming leidingen. Bescherm de lokale leidingen tegen fysieke schade. 1 Sluit de koelvloeistofaansluiting van de binnenunit aan op de vloeistofafsluiter van de buitenunit. Vloeistofafsluiter Gasafsluiter Servicepoort...
Installatie van de leidingen OPMERKING Gebruik een 2-trapsvacuümpomp met een terugslagklep die tot een meterdruk van − 1 00,7 kPa (− 1 ,007 bar) (5 Torr absoluut) kan evacueren. Zorg ervoor dat de olie in de pomp niet in het systeem terugstroomt wanneer de pomp niet draait. OPMERKING Gebruik deze vacuümpomp enkel en alleen voor R32.
Pagina 47
Installatie van de leidingen Lagedrukklep (Lo) Hogedrukklep (Hi) Vulslangen Vacuümpomp Servicepoort Kleppendeksels Gasafsluiter Vloeistofafsluiter 1 Vacumeer het systeem tot de druk op het verdeelstuk –0,1 MPa (−1 bar) aangeeft. 2 Wacht 4-5 minuten en controleer de druk: Indien de druk… Dan… Niet verandert Er zit geen vocht in het systeem.
Koelmiddel bijvullen 8 Koelmiddel bijvullen In dit hoofdstuk Over het toevoegen van koelmiddel............................Over het koelmiddel ................................Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen van koelmiddel ....................... Bepalen hoeveel koelmiddel toegevoegd moet worden....................... De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te vullen....................... Extra koelmiddel bijvullen ..............................De label voor fluorhoudende broeikasgassen bevestigen.....................
Koelmiddel bijvullen OPMERKING Vacuümdroog tevens de koelmiddelleidingen in de buitenunit vooraleer deze opnieuw te vullen. Typische workflow – volledig opnieuw vullen met koelmiddel bestaat doorgaans uit de volgende stappen: 1 Bij te vullen hoeveelheid koelmiddel bepalen. 2 Koelmiddel bijvullen. 3 Het label voor gefluoreerde broeikasgassen invullen en bevestigen op de binnenkant van de buitenunit.
Koelmiddel bijvullen WAARSCHUWING Het koelmiddel in de unit is weinig ontvlambaar, maar lekt normaal NIET. Als het koelmiddel in de kamer lekt en in contact komt met vuur van een brander, een verwarming of een fornuis, dan kan er brand ontstaan of kan een schadelijk gas worden gevormd.
Koelmiddel bijvullen 8.5 De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te vullen INFORMATIE Indien het systeem opnieuw volledig gevuld moet worden, bedraagt de totale hoeveelheid koelmiddel hiervoor: de in de fabriek gevulde hoeveelheid koelmiddel (zie naamplaatje unit) + de aldus vastgestelde bijkomende hoeveelheid. 8.6 Extra koelmiddel bijvullen WAARSCHUWING ▪...
Pagina 52
Koelmiddel bijvullen OPMERKING De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO equivalent. Formula om de hoeveelheid in CO -equivalent te berekenen: GWP-waarde koelmiddel × totale koelmiddelvulling [in kg] / 1000 Neem de GWP-waarde van het label voor bijvullen van koelmiddel.
Elektrische installatie 9 Elektrische installatie In dit hoofdstuk Over het aansluiten van de elektrische bedrading ........................ 9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading ..............9.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading................9.1.3 Specificaties van de standaardcomponenten van de bedrading ................De elektrische bedrading op de buitenunit aansluiten ......................
Pagina 54
Elektrische installatie WAARSCHUWING ▪ Al de bedrading MOET door een erkende elektricien uitgevoerd worden en MOET voldoen aan de geldende wetgeving. ▪ Maak elektrische verbindingen op de bevestigde bedrading. ▪ Alle op de site geleverde componenten en alle elektrische constructies MOETEN voldoen aan de geldende wetgeving.
Elektrische installatie GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Schakel de elektrische voeding langer dan 10 minuten uit en meet de spanning aan de aansluitklemmen van de condensatoren van de hoofdkring of elektrische onderdelen vooraleer u een onderhoud uitvoert. De spanning MOET minder dan 50 ...
Elektrische installatie Draadtype Methode Gevlochten geleider met rond oog a Klem b Schroef c Platte sluitring Toegelaten NIET toegelaten Aanhaalmomenten Item Aanhaalmoment (N•m) M4 (X1M) M4 (aarding) ▪ De aardingsdraad tussen de kabelbevestiging en de klem moet langer zijn dan de andere draden.
Elektrische installatie Model 4MXM80 3-aderige kabel 4,0 mm 25 A H07RN-F (60245 IEC 66) 5MXM90 32 A Elektrische apparatuur moet voldoen aan EN/IEC 61000-3-12, de Europese/ Internationale Technische Norm die de beperkingen vastlegt voor harmonische stromen geproduceerd door apparatuur die is aangesloten op openbare laagspanningssystemen met een ingangsstroom van >16 A en ≤75 A per fase.
Pagina 58
Elektrische installatie 8 Voer de bedrading door de uitsparing in de onderkant van de beschermplaat. 9 Zorg ervoor dat de elektrische bedrading niet met de gasleiding in contact komt. 1 2 3 2× 1 2 3 Kabelbevestiging 10 Breng het deksel van de schakelkast en het servicedeksel weer aan. 2MXM68+3(A)MXM+3(A)MXF+4MXM+5MXM Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-reeks...
De installatie van de buitenunit voltooien 10 De installatie van de buitenunit voltooien 10.1 De installatie van de buitenunit voltooien GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE ▪ Zorg ervoor dat het systeem correct is geaard. ▪ Schakel de voeding uit alvorens aan servicewerkzaamheden te beginnen. ▪...
Configuratie 11 Configuratie In dit hoofdstuk 11.1 Over de functie energiebesparende stand-by ........................11.1.1 Energiebesparende stand-byfunctie inschakelen ....................11.2 Over de functie voorrangskamer ............................11.2.1 De functie voorrangskamer instellen........................11.3 Over fluisterstille nachtstand ..............................11.3.1 Fluisterstille nachtstand inschakelen........................11.4 Over blokkering verwarmingsstand ............................11.4.1 Blokkering verwarmingsstand inschakelen ......................
Configuratie 11.2 Over de functie voorrangskamer INFORMATIE ▪ Voor de functie voorrangskamer moeten bij de installatie van de unit initiële instellingen worden uitgevoerd. Vraag de klant in welke kamers hij van plan is deze functie te gebruiken en voer de vereiste instellingen uit bij de installatie. ▪...
Configuratie 11.3.1 Fluisterstille nachtstand inschakelen 1 Verwijder het deksel van de schakelaars op de service-printplaat. 1× 2 Zet de schakelaar van de geluidsarme stand (SW6-1) op ON. 11.4 Over blokkering verwarmingsstand Bij blokkering in de verwarmingsstand kan de unit alleen verwarmen. 11.4.1 Blokkering verwarmingsstand inschakelen 1 Verwijder het deksel van de schakelaars op de service-printplaat.
Pagina 63
Configuratie 4× VHR-5N SVH-21T-1 2MXM68+3(A)MXM+3(A)MXF+4MXM+5MXM Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-reeks 4P600463-1C – 2020.08...
Inbedrijfstelling 12 Inbedrijfstelling In dit hoofdstuk 12.1 Overzicht: Inbedrijfstelling ..............................12.2 Voorzorgsmaatregelen bij de inbedrijfstelling........................12.3 Checklist voor de inbedrijfstelling ............................12.4 Checklist tijdens inbedrijfstelling............................12.5 Proefdraaien en testen................................12.5.1 Over bedradingscontrole ............................12.5.2 Proefdraaien................................12.6 De buitenunit starten ................................12.1 Overzicht: Inbedrijfstelling In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen en wat u moet weten om het systeem na de installatie in gebruik te stellen.
Inbedrijfstelling De voedingsspanning komt overeen met de spanning op het identificatieplaatje van de unit. Er zijn GEEN losse aansluitingen of verbindingen of beschadigde elektrische onderdelen in de schakelkast. Er zijn GEEN beschadigde onderdelen of buizen die tegen de binnenkant van de binnen- of buitenunit gedrukt worden.
Inbedrijfstelling 12.5.1 Over bedradingscontrole De functie bedradingscontrole controleert en corrigeert automatisch eventuele bedradingsfouten. Dit is handig voor het controleren van bedrading die NIET rechtstreeks kan worden gecontroleerd, zoals ondergrondse bedrading. Deze functie kan NIET worden gebruikt binnen de 3 minuten na het activeren van de veiligheidsonderbreker of bij een buitenluchttemperatuur van ≤5°C.
Inbedrijfstelling ▪ Eén of meerdere leds blijven branden: abnormale stop (volg de diagnoseprocedures op de achterkant van de rechter zijplaat en raadpleeg de servicehandleiding). 12.5.2 Proefdraaien Voorwaarde: De gegevens van de voeding MOETEN binnen het opgegeven bereik vallen. Voorwaarde: Proefdraaien is mogelijk in de stand koelen of verwarmen. Voorwaarde: Proefdraaien moet worden uitgevoerd volgens de instructies in de gebruiksaanwijzing van de binnenunit om te controleren of alle functies en onderdelen goed werken.
Aan de gebruiker overhandigen 13 Aan de gebruiker overhandigen Als het proefdraaien voltooid is en de unit goed en op de juiste manier werkt, zorg ervoor dat de gebruiker de volgende zaken goed begrijpt: ▪ Controleer of de gebruiker de papieren documentatie heeft en vraag hem/haar deze bij te houden om deze later te kunnen raadplegen.
Onderhoud en service 14 Onderhoud en service OPMERKING Dit onderhoud MOET worden uitgevoerd door een erkend installateur of een servicetechnicus. Laat het onderhoud minstens één keer per jaar uitvoeren. De geldende wetgeving kan evenwel kortere onderhoudsintervallen vereisen. OPMERKING De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO equivalent.
Onderhoud en service 14.3 Controlelijst jaarlijks onderhoud van de buitenunit Controleer minstens eens per jaar de volgende punten: ▪ Warmtewisselaar De warmtewisselaar van de buitenunit kan verstopt geraken door stof, vuil, bladeren, enz. Er wordt geadviseerd de warmtewisselaar jaarlijks te reinigen. Een verstopte warmtewisselaar kan de oorzaak zijn van een te lage druk of een te hoge druk, met slechtere prestaties als gevolg.
Opsporen en verhelpen van storingen 15 Opsporen en verhelpen van storingen 15.1 Overzicht: Probleemoplossing In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen ingeval van problemen. Het bevat informatie over: ▪ problemen oplossen op basis van symptomen ▪ problemen oplossen basis van leds Alvorens storingen op te sporen en te verhelpen Voer een grondige visuele controle uit van de unit en zoek naar voor de hand liggende defecten, zoals losse aansluitingen of kapotte bedrading.
Opsporen en verhelpen van storingen 15.3.2 Symptoom: De unit verwarmt of koelt NIET zoals verwacht Mogelijke oorzaken Oplossing Fout in de aansluiting van de elektrische Sluit de elektrische bedrading juist aan. bedrading Gaslek Controleer op gaslekken. Markeringen op de bedrading en de De markeringen op de bedrading en de leidingen komen niet overeen leidingen (kamer A, kamer B, kamer C,...
Opsporen en verhelpen van storingen 15.4 Problemen op basis van LED-gedrag oplossen 15.4.1 Storingsdiagnose met behulp van de led op de printplaat van de buitenunit GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE ▪ Wanneer de unit niet werkt, worden de leds op de printplaat uitgeschakeld om energie te besparen.
Pagina 74
Opsporen en verhelpen van storingen Groene LED-A Diagnose Normaal. ▪ Controleer de binnenunit. Schakel de voeding uit en weer aan, en controleer de led binnen een 3-tal minuten. Als de led weer brandt, dan is de printplaat van de buitenunit defect. Storing elektrische voeding.
Als afval verwijderen 16 Als afval verwijderen OPMERKING Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden. De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld.
Als afval verwijderen Het afpompen pompt alle koelmiddel uit het systeem naar de buitenunit. 1 Verwijder het kleppendeksel van de vloeistofafsluiter en de gasafsluiter. 2 Voer gedwongen koelen uit. Zie "16.3 Een gedwongen koeling starten en stoppen" [ 76]. 3 Sluit vloeistofafsluiter à...
Pagina 77
Als afval verwijderen 1× OPMERKING Zorg ervoor dat de watertemperatuur tijdens het gedwongen koelen hoger dan 5°C blijft (zie de temperatuuraflezing van de binnenunit). U kunt dit bereiken door bijvoorbeeld alle ventilatoren van de ventilatorconvectoren aan te zetten. 2MXM68+3(A)MXM+3(A)MXF+4MXM+5MXM Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-reeks 4P600463-1C –...
▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). ▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). 17.1 Bedradingsschema 17.1.1 Legende eengemaakt bedradingsschema Voor gebruikte onderdelen en nummering, zie het bedradingsschema op de unit.
Pagina 81
Technische gegevens ▪ Accumulator: 4MXM80, 5MXM90 categorie II, andere modellen categorie I ▪ Overige componenten: zie PED artikel 4, paragraaf 3 OPMERKING Wanneer de hogedrukschakelaar is geactiveerd, MOET hij door een bevoegde persoon worden gereset. 2MXM68 7.9CuT 7.9CuT 6.4CuT (6.4CuT) 7.9CuT 7.9CuT 12.7CuT...
Door Daikin gemaakte of goedgekeurde apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden. Ter plaatse te voorzien NIET door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden. 2MXM68+3(A)MXM+3(A)MXF+4MXM+5MXM...
Pagina 88
4P600463-1C 2020.08 Verantwortung für Energie und Umwelt...