14 Installatie van de unit
13.5
Combinaties van
veiligheidsmaatregelen
Binnenunits
met
verschillende
veiligheidsmaatregelen, alarm en/of natuurlijke ventilatie, alarm en
afsluiters) kunnen in hetzelfde systeem worden gecombineerd.
Voorbeeld
a
b
d
c
g
f
e
e
a
Warmtepompbuitenunit
b
Veiligheidsklepunit (SV)
c
Binnenunit zonder veiligheidsmaatregel
d
Binnenunit met veiligheidsmaatregel alarm
e
Afstandsbediening in normale stand (R32-beveiliging
uitgeschakeld)
f
Afstandsbediening in normale stand (R32-beveiliging
ingeschakeld)
g
Binnenunit met veiligheidsmaatregel natuurlijke ventilatie
h
Binnenunit met veiligheidsmaatregel alarm + natuurlijke
ventilatie
i
Binnenunit met veiligheidsmaatregel alarm + afsluiters
Koelmiddelleiding
Bedrading tussen units en bedrading gebruikersinterface
Rechtstreekse aansluiting van binnenunits op de
buitenunit
14
Installatie van de unit
WAARSCHUWING
De installatie MOET voldoen aan de vereisten die gelden
voor deze R32-apparatuur. Zie
R32-units" [ 4 19] voor meer informatie.
14.1
Installatieplaats voorbereiden
WAARSCHUWING
Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder
ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld:
open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende
elektrische verwarming).
WAARSCHUWING
Het toestel moet als volgt worden opgeslagen:
▪ zodanig dat mechanische schade wordt voorkomen.
▪ in een goed verluchte kamer zonder continu brandende
ontstekingsbronnen (bijvoorbeeld: open vuur, een
draaiend gastoestel of een draaiende elektrische
verwarming).
▪ in een kamer met afmetingen zoals opgegeven in
"13 Speciale vereisten voor
14.1.1
Vereisten inzake de plaats waar de
buitenunit geïnstalleerd wordt
Houd rekening met de richtlijnen inzake de benodigde ruimte. Zie
het hoofdstuk "Technische gegevens" en de afbeeldingen op de
binnenkant van het voorblad.
INFORMATIE
Het geluidsdrukniveau is lager dan 70 dBA.
▪ Zorg ervoor dat de zone goed geventileerd wordt. Blokkeer GEEN
enkele ventilatieopening.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
28
veiligheidsmaatregelen
(geen
i
h
f
f
"13 Speciale vereisten voor
R32-units" [ 4 19].
▪ De buitenunit is ontworpen om alleen buiten te worden
geïnstalleerd en voor de volgende omgevingstemperaturen:
Verwarmen
Koelen
Opmerking: Voor een installatie van de buitenunit binnenshuis,
controleer de geldende wetgeving.
14.1.2
Bijkomende vereisten inzake de
installatieplaats van de buitenunit in
koude klimaten
Bescherm de buitenunit tegen directe sneeuwval en zorg ervoor dat
de buitenunit NOOIT ingesneeuwd raakt.
c
a
Afdakje tegen de sneeuw
b
Voetstuk (minimale hoogte=150 mm)
c
Belangrijkste windrichting
d
Luchtuitlaat
Er
kan
zich
sneeuw
ophopen
warmtewisselaar en de behuizing van de unit. Hierdoor kan de unit
minder efficiënt werken. Zie
"14.3.3 Afvoer
instructies om dit te voorkomen (na de montage van de unit).
–20~21°C droge bol
–20~15,5°C natte bol
–5~52°C droge bol
a
c
b
en
bevriezen
tussen
de
voorzien" [ 4 30] voor
RXYSA8~12AMY1B
VRV 5-S-systeemairconditioner
4P752781-1B – 2024.02