Veilige bediening
Waarschuwing
De Workman is geen wegvoertuig en is niet
ontworpen, uitgerust of gebouwd voor gebruik op
de openbare weg.
Verantwoordelijkheden van de
bedrijfsleiding
• Zorg ervoor dat de bestuurders grondig zijn getraind
en bekend zijn met de gebruikershandleiding en alle
stickers op het voertuig.
• Zorg voor speciale procedures en bedrijfsregels voor
ongewone werksomstandigheden (bijvoorbeeld
hellingen die te steil zijn voor het voertuig).
Voor het gebruik
• U mag het voertuig pas in gebruik nemen, nadat u
deze handleiding hebt gelezen en de inhoud ervan hebt
begrepen.
• Laat kinderen nooit het voertuig besturen. Iedereen die
het voertuig bestuurt, moet in het bezit van een
rijbewijs zijn.
• Laat volwassenen nooit het voertuig gebruiken zonder
dat zij eerst de gebruikershandleiding hebben gelezen
en deze hebben begrepen. Dit voertuig mag uitsluitend
worden gebruikt door getrainde en bevoegde personen.
Alle bestuurders moeten lichamelijk en geestelijk in
staat zijn het voertuig te besturen.
• Dit voertuig is uitsluitend bedoeld voor vervoer van
de bestuurder en één passagier in de stoel die de
fabrikant heeft geleverd. Vervoer nooit meer dan één
passagier op het voertuig.
• Bestuur het voertuig nooit als u onder invloed van
drugs of alcohol verkeert. Ook receptgeneesmiddelen
en medicijnen tegen verkoudheid kunnen slaperigheid
veroorzaken.
• Bestuur het voertuig niet als u moe bent. Neem af en
toe pauze. Het is zeer belangrijk dat u te allen tijde
alert bent.
• Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met de bedienings-
organen en weet hoe u de motor snel kunt stoppen.
• Zorg ervoor dat alle veiligheidsschermen, veiligheids-
voorzieningen en stickers op hun plaats zitten. Als
veiligheidsschermen, veiligheidsvoorzieningen of
stickers in slechte staat verkeren, onleesbaar zijn of
beschadigd raken, moet u deze herstellen of
vervangen, voordat u het voertuig gaat gebruiken.
• Draag altijd stevige schoenen. Draag geen sandalen,
tennisschoenen of gymschoenen als u het voertuig
gebruikt. Draag geen losse kleding of sieraden die
kunnen worden gegrepen door bewegende onderdelen
en lichamelijk letsel kunnen veroorzaken.
• Het verdient aanbeveling een veiligheidsbril, veiligheids-
schoenen, een lange broek en een helm te dragen. Dit is
verplicht op grond van diverse plaatselijke veiligheids-
voorschriften en verzekeringsbepalingen.
• Rij niet als het donker is, vooral niet op onbekend
terrein. Als u toch in het donker moet rijden, rij dan
voorzichtig en steek de koplampen aan. Overweeg ook
extra verlichting te gebruiken.
• Wees uiterst voorzichtig als u om mensen heen moet
rijden. Let altijd goed op waar omstanders zich kunnen
bevinden.
• Alvorens het voertuig in gebruik te nemen, moet u
altijd de delen van het voertuig controleren die
speciaal worden genoemd in het hoofdstuk "Voor het
gebruik" van deze handleiding. Als er iets niet in orde
is, mag u het voertuig niet gebruiken. Zorg ervoor dat
het probleem is verholpen voordat u het voertuig of het
werktuig gaat gebruiken.
• Benzine is uiterst ontvlambaar. Wees daarom
voorzichtig als u ermee omgaat.
– Gebruik een goedgekeurde benzinecontainer.
– Als de motor draait of heet is, mag u de dop niet
van de benzinetank verwijderen.
– Rook nooit als u omgaat met benzine.
– Vul de benzinetank tot ongeveer 2,5 cm vanaf de
bovenkant van de tank (de onderkant van de vulbuis).
Doe dit in de open lucht. Niet te vol vullen.
– Neem eventueel gemorste benzine op.
4