boot/motor-combinatie en de gewenste toe-
passing. Testvaarten met verschillende mon-
tagehoogte kunnen u helpen bij het bepalen
van de optimale montagehoogte. Raadpleeg
uw Yamaha-dealer of bootfabrikant voor
meer informatie over het bepalen van de juis-
te montagehoogte.
DCM01630
OPGELET:
Controleer tijdens het testen in het water
G
het drijfvermogen van de boot in rust-
toestand met maximale lading. Ga na of
het peil van het stilstaande water op het
uitlaathuis laag genoeg is om te voorko-
men dat er water in de vermogenskop te-
recht kan komen, wanneer het water ten
gevolge van golven stijgt wanneer de
buitenboordmotor niet draait.
Een verkeerde motorhoogte of zaken die
G
het gelijkmatig stromen van water be-
lemmeren (de vorm of de staat van de
boot, of accessoires als spiegelladders
of dieptesensoren) kunnen zorgen voor
opstuivend water als de boot aan het va-
ren is. Als de motor continu wordt ge-
bruikt in aanwezigheid van opstuivend
water, kan er genoeg water in de inlaato-
pening van de onderbak terechtkomen
om de motor ernstig te beschadigen. Eli-
mineer de oorzaak van het opstuivend
water.
DMU30173
Uw nieuwe motor vereist een inloopperiode
om de contactoppervlakken tussen bewegen-
de onderdelen gelijkmatig te laten inlopen.
Wanneer u de motor goed laat inlopen zal hij
beter werken en langer meegaan.
DCM00800
OPGELET:
Als men de inloopprocedure niet volgt,
kan een kortere levensduur van de motor
of zelfs ernstige motorschade het gevolg
zijn.
DMU27083
Procedure voor 4-takt modellen
Uw nieuwe motor vereist een inloopperiode
ZMU01762
van tien uur om de contactoppervlakken tus-
sen bewegende onderdelen gelijkmatig te la-
ten inlopen. Wanneer u de motor goed laat
inlopen zal hij beter werken en langer mee-
gaan.
NOTA:
Als men de inloopprocedure niet volgt, kan
dat resulteren in een kortere levensduur van
de motor of zelfs in ernstige motorschade.
Laat de motor als volgt in het water draaien,
onder belasting (in versnelling met geïnstal-
leerde propeller). Om de motor in te lopen
dient u gedurende 10 uur te lang draaien in
vrijlooptoerental, ruw water en drukbevaren
zones te vermijden.
1.
Voor het eerste bedrijfsuur:
Laat de motor draaien met verschillende
toerentallen tot maximaal 2000 omw/min
of met de gas ongeveer half geopend.
2.
Voor het tweede bedrijfsuur:
Verhoog het motortoerental zo veel als
nodig is om de boot over het water te la-
ten scheren (maar vermijd volgas), en
Inlopen van de motor
Werking
38