7.1.1 Juiste lezingen krijgen
nl
Als u zich bezig houdt met een buitenactiviteit die vereist dat u de luchtdruk
weet, moet u voor uw locatie de referentiewaarde voor de hoogte instellen.
Deze vindt u op de meeste topografische kaarten. Uw Suunto Core geeft u nu
de juiste lezingen.
Om de juiste hoogtelezingen te krijgen, moet u de referentiewaarde van de
luchtdruk op zeespiegelniveau invoeren. De referentiewaarde van de luchtdruk
op zeespiegelniveau die relevant is voor uw locatie kan in de sectie met
weersvoorspelling van de plaatselijke krant of op de websites van nationale
meteorologische diensten worden gevonden.
Absolute luchtdruk wordt continu gemeten
Absolute luchtdruk + hoogtereferentie = luchtdruk op zeespiegelniveau
Absolute luchtdruk + referentie van luchtdruk op zeespiegelniveau = hoogte
Wijzigingen in plaatselijke weersomstandigheden beïnvloeden de
hoogtelezingen. Als het plaatselijke weer vaak verandert, is het aan te raden
om de huidige hoogtereferentiewaarde regelmatig opnieuw in te stellen. U
kunt dit bij voorkeur doen voordat u uw reis begint, als de referentiewaarden
beschikbaar zijn. Als het plaatselijke weer stabiel is, hoeft u de
referentiewaarden niet in te stellen.
7.1.2 Onjuiste lezingen krijgen
-profiel + stilstaan + weersverandering
ALTIMETER
Als uw profiel
voor een lange periode aan is terwijl het apparaat op
ALTIMETER
een vaste locatie is en het plaatselijke weer verandert, zal het apparaat onjuiste
hoogtelezingen geven.
25