Het camerabedieningsscherm [ Aansluiten op computer ].
Het scherm [ Verbinden met computer ] toont het volgende:
1
Status : De status van de verbinding met de host. De profielnaam wordt groen weergegeven
wanneer er een verbinding tot stand is gebracht. Fouten worden hier ook weergegeven
(
390
).
0
2
Signaalsterkte : Ethernet-verbindingen worden aangegeven met d . Wanneer de camera is
verbonden met een draadloos netwerk, geeft het pictogram in plaats daarvan de sterkte van
het draadloze signaal weer.
3
Band : De band die wordt gebruikt door het draadloze netwerk waarmee de camera is
verbonden in infrastructuurmodus.
D
Verlies van signaal
Signaalverlies terwijl de camera is verbonden met een draadloos netwerk kan de verbinding met de
computer verstoren. Als de netwerkindicator van de camera oranje knippert, selecteert u [ Huidige
verbinding beëindigen ] voor [ Verbinden met computer ] > [ Netwerkinstellingen ] in het
netwerkmenu voordat u opnieuw verbinding maakt met het netwerk. Wanneer het signaal is hersteld,
maakt de camera opnieuw verbinding met de computer en hervat het uploaden van foto's die nog
moeten worden overgezet. Houd er rekening mee dat het uploaden niet kan worden hervat als u de
camera uitschakelt voordat de overdracht is voltooid.
D
Let op: Ethernet-netwerken
Koppel de ethernetkabel niet los tijdens het uploaden of terwijl de camera aan staat.
D
Let op: draadloze netwerken
De reactie kan vertragen op draadloze netwerken.
D
Firewall-instellingen
TCP-poort 15740 en UDP-poort 5353 worden gebruikt voor verbindingen met computers.
Bestandsoverdracht kan worden geblokkeerd als de serverfirewall niet is geconfigureerd om toegang
tot deze poorten toe te staan.
1
3 2
Computers: verbinding maken via Ethernet of
355
draadloos LAN