Opstellen
Voorbeeld 2: Tandemsysteem met drie verwarmde
slangen, een verwarmd tandemblok en een verwarmd
doseerventiel.
•
Slang 1 - naar tandemblok vanaf pomp 1 -
circulaire elektrische aansluiting naar poort 1 (C5)
van ram 1.
•
Slang 2 - naar tandemblok vanaf pomp 2 -
circulaire elektrische connector naar poort 1 (C5)
van ram 2. **
Ram 2
A
. 26
FB
Opmerking: poort 4 wordt altijd gebruikt voor een
verwarmde pomp. Poort 5 wordt altijd gebruikt voor
een verwarmde volgplaat.
* Vereist Verlengkabels verwarming. Zie pagina 63.
** Verlengkabel voor verwarming is opgenomen in set
voor tandemblok (26B488).
30
Slang 1
Ram 1
Slang 2
•
Slang 3 - van tandemblok - circulaire elektrische
connector naar poort 2 (C5) van ram 1 of ram 2. *
•
Verwarmd ventiel - Vierkante elektrische
aansluiting van slang 4 naar axiaal doseerventiel
(B).
•
Verwarmd tandemblok - Vierkante elektrische
aansluiting van slang 1 of slang 2 naar verwarmd
tandemblok (R). Zie A
Ram 2
C5 - Poort 1
Slang 3 *
Tandemsysteem omvat:
•
•
•
.
. 26
FB
Ram 1
C5 - Poort 1
C5 - Poort 2
C5 - Poort 3
Drie verwarmde slangen
Een verwarmd tandemblok
Een verwarmd ventiel
3A8546A