Waarschuwing vervangende onderdelen
Voorkom brand- en explosiegevaar. De componenten van het elektrisch, ontstekings- en brandstofsysteem op de
producten van Mercury Marine voldoen aan Amerikaanse en internationale normen voor het minimimaliseren van het
risico op brand en ontploffing. Vervang de onderdelen van het elektrisch of het brandstofsysteem niet door onderdelen
die niet aan deze normen voldoen. Installeer en bevestig alle onderdelen op de juiste wijze wanneer u onderhoud
uitvoert aan het elektrisch systeem en het brandstofsysteem.
Inspecteren
Inspecteer de motorinstallatie vaak en regelmatig om de prestaties in stand te houden en om mogelijke problemen te
voorkomen. De gehele motorinstallatie moet zorgvuldig worden gecontroleerd, met inbegrip van alle toegankelijke
motoronderdelen.
1.
Controleer op losse, beschadigde of ontbrekende onderdelen, slangen en klemmen; draai ze zo nodig vast of vervang
ze.
2.
Controleer de elektrische aansluitingen en draden op eventuele beschadiging.
3.
Verwijder en inspecteer de schroef. Neem contact op met een erkende Mercury Diesel reparatiewerkplaats als de
schroef ernstig gedeukt, gebogen of gebarsten is.
4.
Repareer beschadigingen en verwijder corrosieschade van de verf op de buitenkant van de motorinstallatie. Neem
contact op met een erkende Mercury Diesel reparatiewerkplaats.
Periodiek onderhoud
Begin van het vaarseizoen
•
Motorinstallatie op lekkage en schade inspecteren.
•
De aandrijfriemen, accessoires, slangen en stuurbekrachtigingspomp (waar aanwezig) inspecteren.
•
Aandrijfriem brandstofinjectiepomp inspecteren.
•
De werking van de zeewaterkraan controleren.
•
De lading, aansluitingen en toestand van de accu controleren. Accu zo nodig laden of vervangen.
•
Het peil van alle vloeistoffen en smeermiddelen controleren en zo nodig bijvullen.
•
Anodes inspecteren en vervangen als ze voor 50% zijn weggevreten.
Dagelijks starten
•
Motorinstallatie op lekkage en schade inspecteren.
•
Het motoroliepeil controleren en zo nodig bijvullen.
•
Het motorkoelvloeistofpeil controleren en zo nodig bijvullen.
•
Het brandstoffilter inspecteren. Zo nodig water uit het filter aftappen.
•
Wierpot inspecteren en zo nodig schoonmaken.
•
Het smeermiddelpeil in de aandrijving controleren (waar van toepassing) en zo nodig aanpassen.
•
Peil van smeermiddel in achteruittandwielkast controleren en zo nodig bijvullen, waar van toepassing.
•
Meters schoonmaken.
•
Het luchtfilter op verkleuring en vuil inspecteren.
Dagelijks na gebruik
•
Na gebruik in zout, brak of verontreinigd water het zeewatergedeelte van het koelsysteem doorspoelen.
•
Eventueel water uit brandstoffilter aftappen bij temperaturen onder het vriespunt.
Wekelijks
•
Motorinstallatie op lekkage en schade inspecteren.
•
Eventueel water uit het brandstoffilter aftappen.
•
Het vloeistofpeil in de trimpomp controleren, waar van toepassing.
•
Zeewaterinlaten op vuil of aangroei controleren.
•
Wierpot inspecteren en schoonmaken.
•
Anodes inspecteren en vervangen als ze voor 50% zijn weggevreten.
•
Het luchtfilter op verkleuring en vuil inspecteren.
Einde van het vaarseizoen
•
De motorinstallatie op lekkage en schade inspecteren.
•
Ververs de motorolie en vervang het filter.
90-8M0115883
DECEMBER 2015
nld
WAARSCHUWING
!
Hoofdstuk 4 - Onderhoud
Bladzijde 29