2.
Plaats papier van hetzelfde formaat als van de pagina die u wilt afdrukken of wijzig de
papierformaatinstelling zodat dit overeenkomt met het papier dat in de printer is geplaatst.
Zie
De papierinstellingen wijzigen
3.
Druk het document opnieuw af.
Fout E3
De cartridgewagen in de printer is vastgelopen.
1.
Open de voorklep en de toegangsklep van de cartridge.
2.
Controleer of de wagen met cartridges niet wordt belemmerd.
3.
Verwijder vastgelopen papier of andere objecten die de wagen met cartridges blokkeren.
Zie
Cartridgetoegangsgebied
4.
Sluit de toegangsklep voor de cartridges.
5.
Druk op de knop Hervatten
6.
Schakel de printer uit en weer in of neem contact op met HP als het probleem zich blijft voordoen.
Fout E4
Het papier is vastgelopen.
Verwijder het vastgelopen papier.
Zie
Papierstoringen en problemen met
Fout E5
De scanner werkt niet.
1.
Druk op de knop Annuleren
2.
Als het scannen nog steeds mislukt, schakelt u de printer uit en vervolgens weer in.
Ook wanneer de scanner niet werkt, kunt u blijven afdrukken.
Fout E6
De printer bevindt zich in een foutstatus.
Zet de printer weer aan.
1.
Zet de printer uit.
2.
Trek de stekker uit het stopcontact.
3.
Wacht ongeveer een minuut en sluit vervolgens het netsnoer weer aan.
4.
Schakel de printer in.
36
Hoofdstuk 8 Een probleem oplossen
om het papierformaat te wijzigen.
in het gedeelte Papierstoringen en problemen met papieraanvoer.
om door te gaan met afdrukken of druk op de knop Annuleren
papieraanvoer.
en probeer nogmaals te scannen.
.