HANDMATIGE BELICHTINGSINSTELLING - M
De handmatige instelling van sluitertijd en diafragma is geschikt:
– om tussen verschillende opnamen de belichtingsinstellingen con-
stant te houden
– om tijdens de opname de belichtingsinstellingen constant te kun-
nen houden, met name in combinatie met vaste ISO-waarden
▸
In het hoofdmenu,
Scene Mode
▸
kiezen
P-A-S-M
▸
Gewenste belichting handmatig instellen (met sluitertijd-instelwiel
en diafragma-instelring van het objectief)
• De belichtingsregeling vindt plaats met behulp van de lichtschaal.
▸
Opname starten
Weergave van de lichtschaal:
Correcte belichting
Onder- respectievelijk overbelichting rond de weer-
gegeven maat
Onder-, respectievelijk overbelichting met meer dan
3 EV
Aanwijzingen
• Het sluitertijd-instelwiel moet op één van de ingegraveerde slui-
tertijden zijn vastgeklikt.
kiezen
SLUITERTIJD-INSTELWIEL
De instelling van de sluitertijd vindt in twee stappen plaats.
1. met het sluitertijd-instelwiel: in hele stappen
2. met het duimwieltje: fijninstelling in 1⁄3-stappen
Sluitertijd-instelwiel Duimwieltje
Fijninstelling van de sluitertijd in stappen
Alle instellingen van
2
van 1⁄3 EV, maximaal ±2 ⁄3 EV
tot
1000
Langere sluitertijden dan 1 s (0,6 s tot
Instelling op
1+
120 s in stappen van 1⁄3 EV)
Kortere sluitertijden dan 1⁄1000 s
Instelling op
2000
(1⁄1250 s tot 1⁄16000 s in stappen van
1⁄3 EV)
VOORBEELDEN VOOR SLUITERTIJD-FIJNINSTELLING
– Ingestelde sluitertijd 1⁄125 s + duimwieltje een klik naar links
draaien = 1⁄100 s
– Ingestelde sluitertijd 1⁄500 s + duimwieltje twee klikken naar
rechts draaien = 1⁄800 s
Aanwijzingen
• De fijninstelling kan alternatief via het statusscherm plaatsvinden.
Afhankelijk van de toewijzing van het duimwieltje (zie pagina 60)
is dit de enige mogelijkheid.
• De maximaal selecteerbare sluitertijd is begrensd door de inge-
stelde beeldsnelheid (
Video Resolution
).
203
FILMEN ▸ BELICHTING