Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Toepassing Van Europese Richtlijnen; Taak En Werking - GESTRA BB 1 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Typeplaatje
Afhankelijk van het apparaattype zijn verschillende
typeplaten met verschillende specificaties
aangebracht.
De volgende specificaties zijn mogelijk:
 Fabrikant
 Typecodering
 Uitvoering
 Nom. doorlaat
 Druktrap
 Doorstroomrichting
 CE-markering
 Productiedatum (kwartaal/jaar)
 Serienummer
 Maximale bedrijfsdruk bij bijbehorende
bedrijfstemperatuur
 Minimale bedrijfsdruk bij bijbehorende
bedrijfstemperatuur
 Materiaalspecificaties van de klepschijf en de
zitting
De specificaties kunnen bij kleine
apparaten als schuiftekst zijn aangebracht.
Toepassing van Europese
richtlijnen
Richtlijnen voor drukapparaten
Het apparaat voldoet aan deze richtlijn (zie de
paragraaf "Leverancierverklaring") en kan worden
ingezet voor de volgende media:
BB G, BB GS en BB GV:
 Media in fluidgroep 2
BB A en BB C:
 Media in fluidgroep 1
 Media in fluidgroep 2
10
ATEX-richtlijn
Het apparaat heeft geen potentiële ontstekingsbron
en valt niet onder deze richtlijn (zie de paragraaf
"Leverancierverklaring").
In ingebouwde toestand kan statische elektriciteit
tussen het apparaat en het aangesloten systeem
worden opgebouwd.
Bij gebruik binnen explosieve omgevingen valt de
afleiding of voorkoming van eventuele statische
elektriciteit onder de verantwoordelijkheid van de
producent of exploitant van de installatie.
Indien een ontsnapping van medium, bijvoorbeeld
door bedieningsinrichtingen of lekkages bij
schroefverbindingen, mogelijk is, moet de
producent of exploitant van de installatie hiermee
rekening houden bij de zone-indeling.

Taak en werking

Taak
Het apparaat verhindert het terugstromen van
vloeibare of gasvormige media in de leidingen.
Het apparaat kan in horizontale en verticale
leidingen worden gemonteerd.
Bij inbouw in een verticale leiding moet de
doorstroomrichting in de regel van onderen naar
boven zijn.
Bij gebruik van sluitveren van het type 5 VO kan het
apparaat ook voor verticale leidingen met
doorstroomrichting van boven naar beneden
worden toegepast. De toepassing bij deze
doorstroomrichting is tot een nominale doorlaat van
DN 500 mogelijk.
Werking
Twee klepschijven openen en sluiten de leiding
afhankelijk van de doorstroomrichting van het
medium.
De klepschijven worden telkens door een
tweedelige sluitveer gesloten. Afhankelijk van de
gebruikte sluitveren is de openingsdruk
verschillend.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Bb 2Bb 1 asmeBb 2 asme

Inhoudsopgave