Aansluiting op warmtepomp
U vindt een lijst met compatibele lucht/water-warmte-
pompen op pagina 16.
De VVM 320 is niet voorzien van afsluiters. Deze dienen
buiten de binnenmodule te worden geïnstalleerd voor
eventueel toekomstige service.
-QM40
-EB101
-XL1
-QZ2
-FL10
-XL2
-QM1
Aansluiting tijdens gebruik zonder
warmtepomp
Sluit de inlaatleiding van de warmtepomp (XL8) aan op
de leiding naar de warmtepomp XL9.
-XL8
-XL9
-EB15
Koud en warm water aansluiten
Er kan een mengklep worden geïnstalleerd indien de
fabrieksinstelling dusdanig wordt gewijzigd, dat de
temperatuur boven 60 °C kan stijgen. Houd rekening
met lokale wet- en regelgeving. De instelling wordt ver-
richt in menu 5.1.1 (zie pagina 52).
-EB15
NIBE VVM 320
-EB15
Aansluiten van het afgiftesysteem
Bij aansluiting op een systeem met thermostaten op alle
radiatoren/elementen moet er een overstortklep worden
gemonteerd, of moet een thermostaat worden verwij-
derd om voldoende doorstroming te waarborgen.
-EB15
Twee of meer afgiftesystemen
Indien er meer dan één afgiftesysteem moet worden
verwarmd, kan de volgende aansluiting worden gebruikt.
De ECS 40/ECS 41.-accessoire is voor deze aansluiting
benodigd.
-EP21
-AA25
-QN25
-EB15
Hoofdstuk 4 |
-BT2
-GP20
-BT3
Aansluiting van de leidingen
19