1.PAPIER PLAATSEN
Opmerkingen bij gebruik van enveloppen
Gebruik de volgende enveloppen niet omdat dit kan leiden tot vastlopen van het papier of beschadiging van het
apparaat.
1.
Erg gekreukelde, gevouwen of omgekrulde enveloppen
2.
Zeer dikke of dunne enveloppen
3.
Natte of vochtige enveloppen
4.
Gescheurde enveloppen
5.
Enveloppen waar zich iets in bevindt
6.
Enveloppen met een speciale vorm
7.
Enveloppen met gaatjes of vensters
8.
Enveloppen die zijn dichtgeplakt met kleefmiddel of tape
9.
Gedeeltelijk geopende of geperforeerde enveloppen
10. Enveloppen met een speciale coating op het oppervlak
11. Enveloppen met dubbelzijdige plakband en beschermpapier
12. Enveloppen die lang werden bewaard en verkleurd zijn
13. Enveloppen gemaakt van karton
14. Enveloppen samengesteld uit meerdere lagen papier
1
4
8
12
Enveloppen dienen bij kamertemperatuur en ver van hitte en vocht bewaard te worden.
Afgedrukt papier kan omkrullen afhankelijk van de omgeving of het type enveloppe of conditie. Wij adviseren een
proefafdruk te maken alvorens in grote hoeveelheden af te drukken.
10 Voorzorgsmaatregelen voor papier
2
5
6
9
10
13
3
7
11
14