Handset instellen
Oproepsignalen wijzigen
u
Volume:
Vijf volumeniveaus (1–5; bijvoorbeeld
ˆ
volume 3 =
signaal (6; volume neemt bij elk
oproepsignaal toe =
u
Melodie:
Lijst met standaard ringtones (oproep-
signalen). De eerste die melodieën zijn
de "klassieke" oproepsignalen.
U kunt voor de volgende functies een ver-
schillend oproepsignaal instellen:
u
Externe
oproepen: voor externe oproe-
pen
u
Interne
oproepen: voor interne oproepen
u
Wekker: voor de wekker
Volume van oproepsignaal instellen
Het volume is gelijk voor alle soorten
oproepsignalen.
¢
Instellingen
§Menu§
¢
Volume belsignaal
Of in de ruststand:
t
Kort indrukken.
Vervolgens:
q
Volume instellen en op
drukken.
a
Lang indrukken (ruststand).
26
) en een crescendo-
‡
).
¢
Geluidsinstellingen
§OK§
Melodie van oproepsignaal instellen
Stel de melodie van het oproepsignaal
apart in voor externe oproepen, interne
oproepen en de wekker.
¢
Instellingen
§Menu§
¢
Ringtone
Externe oproepen
/
Interne oproepen
Selecteren en
q
Melodie selecteren (‰ = aan)
en op
§OK
a
Lang indrukken (ruststand).
Oproepsignaal uit-/inschakelen
Voordat u een oproep beantwoordt of als
de handset zich in de ruststand bevindt,
kunt u het oproepsignaal uitschakelen. U
kunt de oproep beantwoorden zolang
deze nog in het display wordt weergege-
ven.
Oproepsignaal uitschakelen
*
Sterretje-toets zolang indruk-
ken tot het symbool Ú in het
display wordt weergegeven.
Oproepsignaal weer inschakelen
*
Sterretje-toets in ruststand
lang indrukken.
¢
Geluidsinstellingen
/
Wekker
indrukken.
§OK§
drukken
.