4. Documentatie
Dit hoofdstuk beschrijft de beschikbare documentatiefuncties van de Druck DPI612 kalibrator:
•
ANALYSE
•
BEDRIJFSPROCEDURE
4.1 Analyse:
De analysefunctie neemt twee meetwaarden van twee of meer DPI612-kanalen om de
overdrachtskenmerken van het apparaat dat wordt getest te kalibreren. Eén kanaal is het
referentiekanaal dat als volgt wordt gebruikt:
•
Het biedt een waarde van het invoersignaal naar het apparaat.
•
Als het apparaat een druktransmitter is, dan is het referentiekanaal Pressure (druk), en wordt
de invoerdruk naar het apparaat gemeten.
Het andere kanaal is het invoerkanaal dat als volgt wordt gebruikt:
•
Het meet het uitvoersignaal van het apparaat.
•
Als een procestransmitter wordt gekalibreerd, kan dit het elektrische kanaal in de
stroommeetstand zijn.
Elk actief kanaal dat niet als een referentiekanaal is gedefinieerd, is automatisch een
invoerkanaal.
Er moet één referentiekanaal en minstens één invoerkanaal zijn gedefinieerd voordat de
analysefunctie goed kan worden ingesteld.
Bij elke waarde berekent de analysefunctie het verschil tussen elk invoerkanaal en de ideale
transferkenmerken en wordt deze waarde met een tolerantielimiet vergeleken.
•
De afwijking wordt weergegeven in %Span of %Rdg
•
Het resultaat van de tolerantietest wordt getoond als een Goed
4.2 Instellingen
1.
De kanalen van de Druck DPI612 op de kalibratiefunctie instellen. (Raadpleeg Deel 2.2.1.)
2.
Sluit de kalibrator aan op het instrument dat getest moet worden.
3.
Open de documentatiefunctie.
DASHBOARD >>
4.
Druk op de knop ANALYSIS.
DOCUMENTING
of
Fout pictogram.
Copyright 2015 Baker Hughes Company.
Nederlands–DPI612 gebruikershandleiding | 53
Analyse: