3.
Als de houder van de oplaadbare batterij ingestoken is, haalt u de houder weg door hem
voorzichtig omhoog te trekken. Zorg ervoor dat u de metalen contacten van de houder niet
aanraakt. N.B. De houder is met de oplaadkabel aan het instrument verbonden.
4.
Haal de oplaadkabel van de achterkant van de houder af en leg hem los in het vakje. Leg
daarna de batterijhouder in het vakje.
5.
Leg het schuimblok (a) op het batterijdeksel.
6.
Steek de batterijen (c) in het batterijvak en let op de juiste polariteit.
7.
Zet het batterijdeksel terug door de lipjes (b) in de gleuven (d) te duwen en het deksel naar
beneden te duwen. Draai de bevestigingsschroeven goed vast. (Raadpleeg Afbeelding 1-2.)
a
b
Afbeelding 1-2: Droge cel-batterijen plaatsen
Het instrument voorbereiden
d
Copyright 2015 Baker Hughes Company.
Nederlands–DPI612 gebruikershandleiding | 7
c