6 Installatie
Afb.55
4
6.11
Installatieprocedure voltooien
50
2. Spoel de installatie door met minstens 3 maal zoveel water als de
totale inhoud van het cv-systeem (totdat het water schoon
doorstroomt en geen vuildeeltjes meer bevat).
6.10.4
Verwarmingsinstallatie vullen
Spoel het verwarmingssysteem grondig door voordat het wordt gevuld.
1. Vul het verwarmingssysteem tot een druk van 0,15 tot 0,2 MPa (1,5
en 2 bar) wordt bereikt.
2. Controleer de waterzijdige aansluitingen op lekdichtheid.
3. Voor optimale werking moet het verwarmingscircuit volledig worden
ontlucht.
4. Open de ontluchtingskraan van de condensor.
MW-2000618-1
1. Controleer of de ketelapparatuur en de thermostaten naar behoren
functioneren.
2. Controleer of de thermostaten goed zijn afgesteld.
3. Breng het voorpaneel / de voorpanelen weer aan.
4. Berg het verpakkingsmateriaal op of gooi dit weg.
5. Overhandig alle handleidingen aan de eindgebruiker.
7748912 - v01 - 28012020