Inhoudsopgave
Advertenties
Waarschuwing: Bij het plaatsen en bevestigen van een spuit dient u de onderstaande stappen zorgvuldig te doorlopen.
A
Een verkeerd geplaatste spuit kan leiden tot een verkeerde identificatie van het type en formaat spuit. Als in een dergelijk
geval de spuit toch wordt bevestigd, kan dit leiden tot een zeer onnauwkeurige infusiesnelheid en een slechtere werking
van de pomp.
Gebruik alleen een spuit van het type dat op de pomp of in deze handleiding wordt aangegeven. Het gebruik van een
onjuiste spuit kan de nauwkeurigheid van de infusie en de werking van de pomp nadelig beïnvloeden.
Als u de spuit voor de eerste keer plaatst, moet u rekening houden met de hoeveelheid vloeistof die zich in de extensieset
bevindt en die na de infusie in de spuit achterblijft, omdat deze 'dode ruimte' niet wordt geïnfundeerd.
Plaats de pomp op een stabiel, horizontaal oppervlak of bevestig de pomp zoals hierboven
beschreven .
Prepareer, plaats en vul de disposable spuit voor eenmalig gebruik en de extensieset volgens
standaard aseptische technieken .
1 . Open de klep door de sleutel van vergrendeling 2 om te draaien .
2 . Knijp de vingergrepen op de zuigerhouder samen en schuif het mechanisme naar links . Til de
spuitklem omhoog en draai deze naar rechts .
3 . Plaats de spuit in de sleuven op de zuigerhouder .
4 . Knijp in de vingergrepen op de zuigerhouder en schuif het mechanisme naar rechts tot de
spuitvingers zich in de V-sleuf bevinden .
Duw de spuit er voorzichtig in tot de vingerranden de voorzijde van de V-sleuf
A
raken die het dichtst bij de spuitklem zit. Dit is van belang om vertraging bij de start
van het infuus te voorkomen.
5 . Om de spuit te vast te zetten draait u de spuitklem rechtsom tot deze op de spuitcilinder
vergrendelt .
6 . Controleer of de spuitzuiger en spuitvingers goed in hun sleuven zitten .
7 . Controleer of het type en het formaat van de spuit die u gebruikt, overeenkomen met de gegevens op het display . Desgewenst kunt
u het soort spuit wijzigen door op de softkey WIJZIG TYPE te drukken . Druk op OK om de spuit te bevestigen .
U kunt het risico op onjuiste bevestiging van de spuit verkleinen door in het ziekenhuis zo veel mogelijk met hetzelfde
A
type en merk spuit te werken.
Een spuit tijdens een infusie verwisselen
Bij het verwisselen van de spuit, moet SLOT 1 in de RUN-stand blijven staan, behalve wanneer een wijziging van het protocol
A
nodig is.
X
1 . Druk op de
-toets om de infusie stop te zetten en de pomp in de pauzestand te zetten .
2 . Open de klep met behulp van SLOT 2 .
3 . Sluit de extensielijn op de patiënt aan .
4 . Verwissel de spuit en sluit de nieuwe spuit volgens bovenstaande instructies aan .
5 . Volg stap 7 tot en met 10 van 'Het opstarten van de pomp' op de volgende pagina .
Beginnen (vervolg)
Het plaatsen van een spuit
1000DF00454 Uitgave 5
10/32
Advertenties
Inhoudsopgave
