Bediening
OPMERKING
Om de elektrolyt in de batterij te mengen,
wordt de elektrolytcirculatiepomp alleen perio-
diek ingeschakeld.
Reinigen
Controleer de boordbatterijlader regelmatig op
vervuiling, met name in de buurt van de venti-
latoren.
Als de batterijlader ernstig vervuild is, kan dat
een negatieve invloed op de koeling hebben.
De isolatie op het chassis van de machine kan
ook worden aangetast.
– Verwijder vuil met een vochtige doek. Ge-
bruik bij ernstige vervuiling een zachte bor-
stel of een zachte kwast.
Een diep ontladen loodzuurbatterij opla-
den
OPMERKING
Een defecte batterij kan onterecht worden
herkend als diep ontladen wanneer bijvoor-
beeld sprake is van een kortsluiting tussen
cellen of een andere storing. Als het laadpro-
ces in dit geval wordt gestart, kunnen de
resterende cellen van de batterij overbelast
raken. Voordat het laadproces handmatig
wordt gestart, moeten daarom alle celspan-
ningen in de batterij worden gemeten en
met elkaar worden vergeleken om eventuele
onregelmatigheden vast te stellen. Als één
celspanning aanzienlijk lager is dan een an-
dere, is de batterij waarschijnlijk defect. Het
laadproces mag niet worden gestart. Daar-
naast moet de vulhoeveelheid van het zuur
in de cellen worden gecontroleerd en moet
er indien nodig zuur worden bijgevuld vol-
gens de instructies van de fabrikant. Daarom
moet het geautoriseerde servicecentrum al-
tijd op de hoogte worden gesteld wanneer
een batterij diep ontladen is.
Als de aangesloten batterij een celspanning
heeft in het bereik van 1,0 tot 1,6 V, wordt het
als diep ontladen beschouwd.
De batterijlader geeft dit aan door middel van
een rood knipperlicht nadat de netstekker is
56368011505 NL - 06/2023 - 15
4
Boordbatterijlader
465