Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Dubbele palletstapelaar
SXD-20
1615
11648011559 NL - 06/2018

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Still SXD-20

  • Pagina 1 Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing Dubbele palletstapelaar SXD-20 1615 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 3: Adres Van Fabrikant En Contactgegevens

    Voorwoord Adres van fabrikant en contactgegevens STILL GmbH Berzeliusstraße 10 22113 Hamburg, Duitsland Tel. +49 (0) 40 7339-0 Fax: +49 (0) 40 7339-1622 E-mail: info@still.de Website: http://www.still.de 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 5: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Inleiding Uw machine ............2 Algemeen .
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Overzichten Overzicht ............22 Overzicht van de machine .
  • Pagina 7 Inhoudsopgave Gebruik van de optie FleetManager™ ........55 Beschrijving van de optie FleetManager .
  • Pagina 8 Inhoudsopgave Veiligheidsrichtlijnen voor onderhoud ........96 Maatregelen voor service en onderhoud .
  • Pagina 9: Inleiding

    Inleiding...
  • Pagina 10: Uw Machine

    Inleiding Uw machine Uw machine Algemeen De in deze bedieningsinstructies beschreven heftruck voldoet aan de van toepassing zijnde normen en veiligheidsvoorschriften. Als de machine op de openbare weg moet worden gebruikt, moet hij voldoen aan de geldende nationale voorschriften van het land waar de machine wordt gebruikt.
  • Pagina 11: Ce-Markering

    Inleiding Uw machine CE-markering Met de CE-markering verklaart de fabrikant dat de machine voldoet aan de ten tijde van het op de markt brengen van de machine gel- dende normen en voorschriften. De meege- leverde EG-verklaring van overeenstemming bevestigt dit. De CE-markering is aange- bracht op het typeplaatje.
  • Pagina 12: Eg-Verklaring Van Overeenstemming

    Inleiding EG-verklaring van overeenstemming EG-verklaring van overeen- stemming Verklaring STILL GmbH Berzeliusstraße 10 22113 Hamburg DUITSLAND Wij verklaren dat de machine volgens deze bedieningsinstructies Machine volgens deze bedieningsinstructies Model in overeenstemming is met de meest recente versie van de Machinerichtlijn 2006/42/EG.
  • Pagina 13 Inleiding EG-verklaring van overeenstemming De EG-verklaring van overeenstemming moet zorgvuldig worden opgeborgen en in voorkomende gevallen toegankelijk worden gemaakt voor de verantwoordelijke instanties. 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 14: Identificatielabel

    Inleiding Identificatielabel Identificatielabel OPMERKING Vermeld bij alle technische vragen het serien- ummer. Model Fabrikant Serienummer Bouwjaar Leeggewicht (zonder batterij) in kg Max. batterijgewicht Min. batterijgewicht Extra gewicht (ballast) in kg Nominaal motorvermogen (kW) Batterijspanning V Nominaal hefvermogen in kg CE-merkteken Regels voor het bedrijf dat ge- motoriseerde transportwerk- tuigen gebruikt...
  • Pagina 15 • Informatie over transport, eerste ingebruik- name en opslag van gemotoriseerde trans- portwerktuigen Internetadres en QR-code De informatie is op elk moment toegankelijk door het adres https://m.still.de/vdma in een webbrowser te plakken of door de QR-code te scannen. 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 16: Verantwoord Gebruik

    Inleiding Verantwoord gebruik Verantwoord gebruik De in deze bedieningsinstructies beschreven Het doel van het vooraf verkrijgen van deze heftruck is geschikt voor het heffen, transpor- goedkeuringen is het zoveel mogelijk beper- teren en stapelen van lasten. ken van gevaarlijke situaties. De machine mag uitsluitend voor het beoogde Het hefvermogenlabel vermeldt de maximale gebruiksdoel worden gebruikt, zoals beschre-...
  • Pagina 17: Ongeoorloofd Gebruik

    Inleiding Ongeoorloofd gebruik Ongeoorloofd gebruik Voor elk gevaar voortvloeiend uit het ongeoor- Het vervoeren van personen is verboden. loofde gebruik van de machine is het bedrijf De vorkheftruck mag niet worden gebruikt in dat de machine gebruikt of de bestuurder ver- brand- of explosiegevaarlijke of corrosieve of antwoordelijk en niet de fabrikant.
  • Pagina 18 Inleiding Afvoeren van componenten en batterijen 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 19: Veiligheid

    Veiligheid...
  • Pagina 20: Veiligheidsvoorschriften

    Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften Deze bedieningsinstructies, geleverd bij de • Regelmatige controles en technische machine, moeten worden gecommuniceerd inspecties met alle betrokken personen en met name • Recycling van smeermiddelen, oliën en met het personeel dat verantwoordelijk is batterijen voor het onderhoud van en het rijden met •...
  • Pagina 21: Veiligheidsvoorschriften Voor De Omgang Met Te Gebruiken Middelen

    Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken mid- delen Toegestane middelen WAARSCHUWING Zie het onderhoudsschema voor de toege- stane te gebruiken middelen. De te gebruiken middelen kunnen gevaarlijk zijn. Houd u bij het omgaan met deze middelen aan de veiligheidsvoorschriften.
  • Pagina 22: Hydrauliekolie

    Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen Hydrauliekolie WAARSCHUWING Hydrauliekolie is watervervuilend! De hydrauliekoliën zijn gevaarlijk voor Sla hydrauliekolie altijd in containers op die de gezondheid en staan tijdens het aan de geldende regels voldoen. gebruik van de vorkheftruck onder druk.
  • Pagina 23: Gebruikte Middelen Afvoeren

    Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING MILIEUVOORSCHRIFT Batterijzuur bevat verdund zwavel- – Voer gebruikt batterijzuur af volgens de zuur. Dit is bijtend. hiervoor geldende voorschriften. – Draag bij het werken met batterij- zuur altijd beschermende kleding en een veiligheidsbril.
  • Pagina 24: Emissies

    Veiligheid Emissies Emissies Geluidsemissieniveaus Berekend tijdens de testcyclus die werd OPMERKING uitgevoerd volgens de norm EN 12053. Tijdens het gebruik van hef- en magazijntrucks Geluidsdrukniveau bij het bestuurderscom- kunnen er lagere of hogere geluidsniveaus partiment voorkomen, door bijv. de bedrijfsmodus, om- gevingsfactoren en andere geluidsbronnen.
  • Pagina 25: Overige Gevaren En Risico's

    Veiligheid Overige gevaren en risico's Overige gevaren en risico's Ondanks alle voorzorgsmaatregelen tijdens of onregelmatige oppervlakken, of door het gebruik en het opvolgen van de normen en slecht zicht etc. voorschriften kunnen verdere risico's tijdens • Vallen, struikelen etc. wanneer u zich op het gebruik van de machine niet volledig de machine verplaatst, met name in natte worden uitgesloten.
  • Pagina 26: Specialist

    Veiligheid Definitie van de verantwoordelijke personen Het bedrijf dat de machine gebruikt, moet erop Het bedrijf is verantwoordelijk voor de plan- toezien dat de machine uitsluitend wordt inge- ning en correcte uitvoering van regelmatige zet voor het beoogde gebruiksdoel ervan en veiligheidscontroles.
  • Pagina 27 Veiligheid Definitie van de verantwoordelijke personen Verbod voor onbevoegden Wanneer hij de machine verlaat, dient de bestuurder ervoor te zorgen dat onbevoegde De bestuurder is gedurende zijn gehele personen de machine niet kunnen gebruiken. werktijd verantwoordelijk voor de machine. Hij mag niet toestaan dat niet-geautoriseerde personen de machine bedienen.
  • Pagina 28: Veiligheidscontroles

    Veiligheidsinspectie op basis van tijd en ongebruikelijke voorvallen Het bedrijf dat de machine gebruikt (zie het hoofdstuk ”Definitie van de verantwoorde- STILL GmbH Hamburg lijke personen”) moet ervoor zorgen dat de machine ten minste eenmaal per jaar of na Regelmäßige Prüfung ongebruikelijke voorvallen door een specialist (FEM 4.004)
  • Pagina 29: Overzichten

    Overzichten...
  • Pagina 30: Overzicht

    Overzichten Overzicht Overzicht Overzicht van de machine Noodstopschakelaar Aangedreven wiel Rugleuning Stabilisatorwiel Regeleenheid Batterijcompartiment Contactsleutel of elektronische sleutel en Duwstangen displayblokkering Vorken Stuur Lastwielen Greep voor op- en afstappen Hefcilinder Mast Platform Beschermrooster 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 31: Overzichtstekening Van Het Technisch Compartiment

    Overzichten Overzicht Overzichtstekening van het technisch compartiment Pompeenheid Regeleenheid van elektrische stuurinrich- Ventilator ting ES30-24 Bedieningseenheid Claxon Elektromagnetische rem Tank Rijmotor 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 32: Bedienings- En Weergave-Elementen

    Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Bedienings- en weergave-elementen Dashboard-elementen Contactsleutel (of elektronische sleutel) Regeleenheid Bedieningsknop (Steering Knob-apparaat) Contactsleutel (of elektronische sleutel) Display Noodstopschakelaar Regeleenheid Stuur Display 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 33: Elektronische Sleutel (Speciale Uitrusting)

    Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Elektronische sleutel (speciale uitrusting) INschakelen (bedrijfsmodus) Sleutelfout of verkeerde code UITschakelen en wachten op code Vertraging van de automatische uitschake- Programmeermodus actief ling Bediening Opmerkingen Invoeren Status van LED's GEBRUIK ○ rood uit ● continu groen * 1 2 3 4 5 # 1 2 3 4 5 (1) (juiste pincode)
  • Pagina 34 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen PROGRAMMERING (alleen machinecontact UIT (2)) Systeembeheer- ○ rood uit ● groen * * 9 * 1 2 3 4 derscodes wij- knippert (2) (code 5 6 7 8 # zigen geaccepteerd) Voor het opnieuw ac- tiveren van de stan- daard-systeembeheer- Oorspronkelijke derscode (00000000)
  • Pagina 35: Display- En Bedieningspaneel

    Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Display- en bedieningspaneel Indicatielampje dodemansschakelaar Menu Settings (instellingen) Indicatielampje batterij Menu Load Management en stand van het Indicatielampje temperatuur aangedreven wiel Indicatielampje instellingen Menu Status Indicatielampje waarschuwing Weergave van de bedrijfstijd van de ma- Indicatielampje rijprogramma chine Indicatielampje Activiteit Weergave van de batterijlading...
  • Pagina 36: Markeringen

    Overzichten Markeringen Markeringen Plaats van markeringen Identificatielabel Label voor dubbele palletstapelaar - la- Merklabel den/lossen Regelmatige veiligheidsinspectie van het Label voor dubbele palletstapelaar label van de machine Label "Nooit met handen aanraken" Label met waarschuwingsinstructies Raad- Veiligheidslabel voor mast pleeg de bedieningsinstructies Modellabel Hefvermogenlabel 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 37: Serienummer

    Overzichten Markeringen Serienummer xx xxxx x xxxxx OPMERKING Vermeld bij alle technische vragen het serien- ummer. Het serienummer bevat de volgende informa- tie: 1 Fabriek 2 Type 3 Productiejaar 4 Volgnummer 7090_921-004 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 38 Overzichten Markeringen 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 39: Gebruik

    Gebruik...
  • Pagina 40: Technische Beschrijving

    Gebruik Technische beschrijving Technische beschrijving De dubbele palletstapelaars van het type De machine is uitgerust met een asynchrone SXD 20 zijn bedoeld voor het stapelen en stuurmotor van 0,185 kW. dubbel stapelen van pallets en/of containers. De stuurinrichting wordt bediend door middel Hiermee kunt u lasten van de ene naar van: een andere plaats transporteren en orders...
  • Pagina 41 Gebruik Technische beschrijving • Een dodemanspedaal • Regeleenheid links of rechts afhankelijk van de positie van het stuurwiel • Een steunstang voor het op- en afstappen • Bedieningsknop (Steering Knob-apparaat) Beschikbare speciale uitrusting: • Koelhuisuitvoering (-35°C) • Elektronische sleutel • Terminalsteun •...
  • Pagina 42: Lijst Van Controles Voorafgaand Aan Het Starten

    Gebruik Lijst van controles voorafgaand aan het starten Lijst van controles voorafgaand aan het starten WAARSCHUWING de bijbehorende bedieningsinstructies werken. Beschadigingen of andere gebreken van de ma- chine of een voorzetapparaat (speciale uitrusting) – Beschadigde of ontbrekende stickers kunnen tot ongevallen leiden. moeten worden vervangen conform de Indien tijdens de volgende controles beschadigin- tabel met posities van markeringen.
  • Pagina 43: Controles En Handelingen Voorafgaand Aan De Ingebruikname

    Gebruik Controles en handelingen voorafgaand aan de ingebruikname Controles en handelingen voorafgaand aan de ingebruikname Starten OPMERKING Controleer voordat u de machine start of er geen bedieningselementen zijn geactiveerd. – Controleer of de batterij is aangesloten en vergrendeld en of de deur goed is gesloten. –...
  • Pagina 44: Remmen Controleren

    Gebruik Controles en handelingen voorafgaand aan de ingebruikname Remmen controleren GEVAAR Ongevallenrisico. Als er een storing wordt vastgesteld in het remsy- steem, mag de machine niet worden gebruikt. Meld de storing aan de manager. Remmen door veranderen van rijrichting Ga als volgt te werk om de remmen te contro- leren: –...
  • Pagina 45: Claxon Controleren

    Gebruik Controles en handelingen voorafgaand aan de ingebruikname Claxon controleren Om de werking van de claxon te controleren, gaat u als volgt te werk: – Druk op de claxon (1). De claxon klinkt. 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 46: Bedieningsinstructies Machine

    Gebruik Bedieningsinstructies machine Bedieningsinstructies machine De machines zijn ontworpen voor gebruik van de machine moet worden gereduceerd, binnen en buiten, in niet-explosiegevaarlijke aangezien de machine kan kantelen tijdens omgevingen. De temperatuur moet tussen het remmen of het nemen van bochten. -10 °C en +45 °C liggen en de relatieve De lasten moeten uniform zijn, met een luchtvochtigheid moet minder zijn dan 95%.
  • Pagina 47 Gebruik Bedieningsinstructies machine WAARSCHUWING WAARSCHUWING Verwondingsgevaar Veiligheidsrichtlijnen voor het rijden: Houd uw handen altijd aan de bedieningselemen- – De bestuurder dient in bochten en bij het inrijden ten. Kom met uw handen nooit in de buurt van be- van nauwe doorgangen langzaam te rijden. wegende delen voordat u de lastarmen helemaal –...
  • Pagina 48: Op- En Afstappen

    Gebruik Op- en afstappen Op- en afstappen WAARSCHUWING Val-, struikel- of uitglijgevaar bij op- en afstappen. – Houd de greep (1) vast wanneer u op- of afstapt. – Let op de trede. GEVAAR Verwondingsgevaar Om onbedoeld starten te voorkomen, mag de be- dieningseenheid niet worden gebruikt als hand- greep.
  • Pagina 49: Dodemanspedaal

    Gebruik Dodemanspedaal Dodemanspedaal Door op het dodemanspedaal (1) te trappen worden de functies van de machine geacti- veerd. Als het dodemanspedaal (1) wordt losgelaten terwijl de machine rijdt, remt de machine af totdat hij tot stilstand komt. Door het dodemanspedaal (1) los te laten wordt de parkeerrem geactiveerd.
  • Pagina 50: Gebruik Van De Display- En Bedieningseenheid

    Gebruik Gebruik van de display- en bedieningseenheid Gebruik van de display- en bedieningseenheid Keuzetoetsen De bestuurder selecteert de menu's met de vier keuzetoetsen: • De toets Blue Q (1) om de modus Blue Q, de haasmodus of de schildpadmodus te selecteren •...
  • Pagina 51: Werking Van De Displayeenheid

    Gebruik Gebruik van de display- en bedieningseenheid Werking van de displayeenheid Bestuurder aanwezig Het indicatielampje Bestuurder aanwezig(1) licht op wanneer de bestuurder op het platform met dodemansschakelaar stapt. Het wordt onmiddellijk daarna uitgeschakeld. Opladen van batterij beheren De batterijlading wordt weergegeven op de bedieningseenheid.
  • Pagina 52: Gebruik Van De Display- En Bedieningseenheid

    Gebruik Gebruik van de display- en bedieningseenheid (3) knippert en het pictogram (4) wordt continu weergegeven met een nieuwe waarschuwingsmelding Lampjes voor temperatuur, instellingen en waarschuwingen Het indicatielampje Temperatuur (1) licht op bij oververhitting van de rijmotor of de regeleenheid. Op het display wordt een waarschuwing weergegeven.
  • Pagina 53: Indicator Activiteit

    Gebruik Gebruik van de display- en bedieningseenheid Indicator Activiteit Het indicatielampje Activiteit (1) knippert continu wanneer de machine in bedrijf is. Als de indicator uit is, is de displayeenheid geblokkeerd of bevroren. Op het display wordt een waarschuwing weergegeven. Menu Settings (instellingen) De verschillende instellingen zijn toegankelijk via het menu Instellingen.
  • Pagina 54 Gebruik Gebruik van de display- en bedieningseenheid Menu Error Codes (storingscodes) Het is mogelijk om toegang te verkrijgen tot de storingsmeldingen die de werking van de machine verstoren. – Selecteer het menu Error messages (sto- ringsmeldingen) (1) De bestuurder heeft toegang tot de storings- codes.
  • Pagina 55: Veiligheidsrichtlijnen Voor Het Rijden

    Gebruik Veiligheidsrichtlijnen voor het rijden Veiligheidsrichtlijnen voor het rijden Rijgedrag • Rijd nooit zittend op het dashboard op de machine Bestuurder moet zich tijdens het rijden binnen • De machine mag niet als opstap worden het bedrijf aan de normale verkeersregels gebruikt houden.
  • Pagina 56: Rijden

    Gebruik Rijden Rijden Definiëring van de richtingen Bij een dubbele meerij-palletstapelaar zijn de gebruikelijke indicaties voor de rijrichting: • Vooruitrijden (2): richting tegengesteld aan de vorken/bestuurderszijde • Achteruitrijden (1): in de richting van de vorken Starten OPMERKING Controleer voordat u de machine start of er •...
  • Pagina 57: Rijden

    Gebruik Rijden Rijden WAARSCHUWING Let op de stand van het aangedreven wiel Start de machine langzaam. Controleer de stand van het aangedreven wiel op het display. OPMERKING Bedien de rijschakelaar altijd langzaam, omdat de machine onmiddellijk reageert. Vermijd onder alle omstandigheden plotseling starten, remmen of veranderen van rijrichting.
  • Pagina 58: Remmen

    Gebruik Rijden Van rijrichting veranderen – Druk de rijschakelaar in richting (1) of (2). – Laat de rijschakelaar los. – Druk de rijschakelaar steeds verder in de tegengestelde richting, tot de gewenste snelheid is bereikt. Remmen WAARSCHUWING De gesteldheid van de ondergrond is van invloed op de remweg van de machine.
  • Pagina 59: Claxon

    Gebruik Rijden Claxon De claxon bevindt zich aan de achterzijde van de bedieningseenheid. Deze wordt gebruikt: • Op onoverzichtelijke plaatsen • Bij kruisingen • In geval van onmiddellijk gevaar – Druk op de knop (1) op de bedieningseen- heid. De claxon klinkt. Rijprogramma Het indicatielampje (1) brandt tijdens het gebruik van de machine.
  • Pagina 60: Schildpadmodus

    Gebruik Rijden Blue-Q-modus Door de Blue Q-modus te selecteren, kunt u het prestatievermogen van de machine iets verlagen: • De rijsnelheid van de machine wordt verlaagd (70% van de maximumsnelheid) • De snelheid van de hef- en daalbewegingen van de vorken wordt verlaagd (90% van de maximumsnelheid) Met deze modus kunt u batterijstroom sparen.
  • Pagina 61: Hellingen Oprijden

    Gebruik Rijden Hellingen oprijden Rijd hellingen altijd achterwaarts op. De last wijst naar de bovenkant van de helling. Zonder last adviseren wij om een helling vooruit op te rijden. Hellingen afrijden Rijd hellingen altijd voorwaarts af. De last wijst naar de bovenkant van de helling. Zonder last adviseren wij om een helling achteruit af te rijden.
  • Pagina 62: Steering Knob-Optie

    Gebruik Rijden – Laat de rijschakelaar los om de parkeerrem in te schakelen. Steering Knob-optie Het Steering Knob-apparaat kan als vervan- ging van de schakelaars op het stuurwiel wor- den gebruikt. WAARSCHUWING Risico van scherpe bewegingen van de machine Het Steering Knob-apparaat is bijzonder gevoelig. Het is belangrijk dat er voorzichtig aan de draaiknop wordt gedraaid.
  • Pagina 63: Gebruik Van De Optie Fleetmanager

    Gebruik Gebruik van de optie FleetManager™ Gebruik van de optie FleetManager™ Beschrijving van de optie FleetManager Met de FleetManager-optie kunt u de toegang GSM: Global System for Mobile Commu- tot de machine controleren. De optie is een nication (wereldwijd systeem voor mobiele vlootbeheersysteem.
  • Pagina 64: Een Met De Optie Fleetmanager™ Uitgeruste Machine In Gebruik Nemen

    Gebruik Gebruik van de optie FleetManager™ Een met de optie FleetManager™ uitgeruste machine in gebruik nemen Een met een toetsenblok of een elek- tronische sleutel uitgeruste machine in gebruik nemen – Draai aan de contactsleutel om de machine te starten. –...
  • Pagina 65: Optie Fleetmanager™: Kleurcodering Van De Led's

    Gebruik Gebruik van de optie FleetManager™ Optie FleetManager™: kleurcode- ring van de LED's De LED's kunnen verschillende statussen en verschillende kleuren hebben. Hieronder vindt u de lijst met de meest voorkomende meldingen en hun betekenissen. Storing Oplossing Oorzaak LED-status Signaalgever LED 1 LED 2 Variant kaartlezer:...
  • Pagina 66 Gebruik Gebruik van de optie FleetManager™ Storing Oplossing Oorzaak LED-status Signaalgever LED 1 LED 2 Er zijn meerdere mogelijke oorzaken: - kaartlezer of toetsenblok niet Bij activering Neem contact op toegankelijk Knippert snel Knippert snel klinkt er een lang met het aftersales- - GPRS-module Kleur rood Kleur rood...
  • Pagina 67: Een Met De Optie Fleetmanager™ Uitgeruste Machine Buiten Gebruik Stellen

    Gebruik Gebruik van de optie FleetManager™ Een met de optie FleetManager™ uitgeruste machine buiten gebruik stellen OPMERKING Bestuurders mogen zich tijdens het rijden niet bewust afmelden. WAARSCHUWING De toegang tot de machine moet worden geblok- keerd. Ongeautoriseerde gebruikers mogen de machine niet gebruiken.
  • Pagina 68 Gebruik Gebruik van de optie FleetManager™ Een met een RFID-kaartlezer uitgeruste machine buiten gebruik stellen – Parkeer de machine op een veilige plaats. – Houd de RFID-kaart of de RFID-transpon- der (4) kort voor de kaartlezer (3). De LED (1) licht één seconde op (kleur rood). De LED (2) brandt niet.
  • Pagina 69: Transporteren Van Lasten

    Gebruik Transporteren van lasten Transporteren van lasten Veiligheidsvoorschriften voor het hanteren van lasten WAARSCHUWING Volg de onderstaande instructies nauwgezet op al- vorens u lasten oppakt. Raak nooit bewegende de- len van de machine aan en ga nooit op bewegende delen staan (bijv. hefinrichting, duw-/schuifinrich- tingen, werkapparatuur of voorzieningen voor het oppakken van lasten).
  • Pagina 70: Pallets Of Containers Transporteren

    Gebruik Transporteren van lasten Pallets of containers transporteren In principe moeten laadeenheden één voor één worden getransporteerd (bijv. pallets). Het gelijktijdig transporteren van meerdere laadeenheden is alleen toegestaan: • als er wordt voldaan aan de veiligheidsvoor- waarden • in opdracht van de toezichthoudende persoon.
  • Pagina 71: Bedieningselementen Hefinrichting

    Gebruik Transporteren van lasten Bedieningselementen hefinrichting WAARSCHUWING Verwondingsgevaar De veiligheidsinstructies moeten strikt worden opgevolgd. Raak geen bewegende delen (bijv. hefinrichting, duw- /schuifinrichtingen, werkapparatuur of voorzi- eningen voor het oppakken van lasten) aan en ga er niet op staan. LET OP Risico van een zwaaiende last en van stabiliteits- verlies Rijd niet met een geheven last zonder dat er een...
  • Pagina 72: Basishefinrichting

    Gebruik Transporteren van lasten LET OP Heffen en dalen van de vorken Bedien dit bedieningselement (1) altijd voorzichtig, zonder rukbewegingen. Basishefinrichting Lastarmen heffen – Trek het bedieningselement (2) naar beneden(D). De lastarmen worden geheven. Lastarmen laten dalen – Duw het bedieningselement (2) om- hoog(C).
  • Pagina 73: Gegevens Op Het Hefvermogenlabel

    Gegevens op het hefvermogenlabel Voorbeeld van een machine met een mast van 1574 mm en initiële heffing: • 1: Model: SXD-20 • 2: Maximale hefhoogte: 1660 mm • 3: Maximaal hefvermogen mast: 1200 kg bij een hoogte van 1660 mm (zwaartepunt 400 mm) •...
  • Pagina 74: Een Enkele Last Hanteren

    Gebruik Transporteren van lasten Een enkele last hanteren GEVAAR Risico dat de machine valt Stapel niet tot de initiële hefhoogte. Vóór het oppakken van een last Controleer of het gewicht van de last niet gro- ter is dan het hefvermogen van de machine. •...
  • Pagina 75: Een Last Transporteren

    Gebruik Transporteren van lasten Een last van de grond oppakken – Gebruik de initiële heffing om een last van maximaal 2000 kg enkele centimeters van de grond te tillen. Een last transporteren GEVAAR Ongevallenrisico Bij geheven last mogen er geen personen onder of in de buurt van de machine staan.
  • Pagina 76 Gebruik Transporteren van lasten – Rijd de machine in een rechte lijn weg. – Hef de vorken enkele centimeters. LET OP Valgevaar Raak geen lasten naast of achter de machine. LET OP Ongevallenrisico Verzeker u ervan dat zich niemand in de nabijheid van de machine of de last bevindt, voordat u de last verwijdert.
  • Pagina 77 Gebruik Transporteren van lasten Een hoog geplaatste last oppakken Ga als volgt te werk: – Rijd de machine naar de gewenste positie. – Laat de lastarmen helemaal zakken. – Hef de vorken naar de pallethoogte. – Breng de vorken voorzichtig onder de pallet. –...
  • Pagina 78: Twee Pallets Boven Elkaar Hanteren

    Gebruik Transporteren van lasten Twee pallets boven elkaar hanteren Met de dubbelstapelaars kunnen twee gesta- pelde lasten worden getransporteerd: - Een last op de lastarmen (initiële heffing). - Een last op de vorken. GEVAAR Risico van stabiliteitsverlies Het totale gewicht van de twee lasten mag niet hoger zijn dan het maximale hefvermogen van de machine (zie het lastindicatieplaatje).
  • Pagina 79: Twee Lasten Transporteren

    Gebruik Transporteren van lasten – Breng de lastarmen (2) omhoog om de last van de vloer te tillen. – Laat de last (Q1) zo dicht mogelijk naar last (Q2) zakken voordat u wegrijdt. LET OP Beknellingsgevaar voor goederen Zorg ervoor dat er voldoende ruimte boven last (Q2) is, zodat de bovenkant van de pallet niet bekneld kan raken.
  • Pagina 80 Gebruik Transporteren van lasten – Rijd de machine langzaam in een rechte lijn weg. – Laat de vorken weer zakken. WAARSCHUWING Heffen en dalen van de vorken Tijdens het initiële heffen of dalen (lastarmen) gaan de vorken even ver omhoog of omlaag. Alvorens de machine te verlaten LET OP Machine parkeren...
  • Pagina 81: Gebruik In Koelhuizen (Speciale Uitrusting)

    Gebruik Gebruik in koelhuizen (speciale uitrusting) Gebruik in koelhuizen (speciale uitrusting) LET OP Standaardmachines lopen het risico dat zij onder extreme omstandigheden ernstig beschadigd raken. Alleen machines in koelhuisuitvoering mogen worden gebruikt in koelruimtes. Er moet specifieke, voor gebruik in koelhuizen samengestelde olie worden gebruikt.
  • Pagina 82 Gebruik Gebruik in koelhuizen (speciale uitrusting) koelhuis blijft. Het is daarom belangrijk om de machine in geval van condensvorming gedurende 30 minuten buiten het koelhuis te laten, zodat het condenswater volledig verdwijnt. GEVAAR Als het condenswater in het koelhuis bevriest, is het verboden om de vastgevroren onderdelen te bedienen.
  • Pagina 83: Machine Parkeren

    Gebruik Machine parkeren Machine parkeren WAARSCHUWING – Laat de vorken zakken. Verwondingsgevaar – Schakel het contact uit (contactsleutel of elektronische sleutel). Laat de machine nooit onbeheerd achter wanneer de last geheven is. – Druk op de noodstopschakelaar. Stop de machine niet op een helling. Wanneer dit absoluut noodzakelijk is, moet de machine naar beneden toe met keggen onder de wielen worden Werk hervatten...
  • Pagina 84: Omgang Met De Batterij

    Gebruik Omgang met de batterij Omgang met de batterij Batterijtype De machines kunnen met verschillende batterijtypes zijn uitgerust. Houd u aan de informatie op het typeplaatje van uw batterij en aan de specificaties van de batterij. WAARSCHUWING Het gewicht en de grootte van de batterij beïnvloe- den de stabiliteit van de machine.
  • Pagina 85: Batterijdeksel Openen En Sluiten

    Gebruik Omgang met de batterij Machine beveiligd parkeren Bij werkzaamheden aan de batterij moet de machine veilig worden geparkeerd. De machine kan alleen opnieuw worden gestart als de afdekkingen en connectoren weer in hun werkstand zijn aangebracht. Batterijdeksel openen en sluiten Batterijdeksel openen Batterijdeksel openen: –...
  • Pagina 86: Omgang Met De Batterij

    Gebruik Omgang met de batterij Zijdelings verwisselbare batterij vervangen GEVAAR Beknellingsgevaar voor vingers. Het verdient aanbeveling om tijdens het vervangen van de batterij handschoenen te dragen. WAARSCHUWING Verwondingsgevaar Bij het vervangen van de batterij moeten altijd veiligheidsschoenen worden gedragen. Controleer voorafgaand aan het hanteren of zich niemand in de buurt van de machine bevindt.
  • Pagina 87 Gebruik Omgang met de batterij – Ontgrendel de deur die niet bevestigd is aan de zijkant van de batterij, door de vergrendeling (1) op te tillen. Houd de deur (2) vast om te voorkomen dat deze valt. – Verwijder de deur (2) (indien hiermee uitgerust) en leg deze aan de kant.
  • Pagina 88 Gebruik Omgang met de batterij – Bedien de vergrendelingshendel (2) en trek hem in de richting van de pijl. – Trek de vergrendelingsstang (3) omhoog tot de batterij los is. 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 89 Gebruik Omgang met de batterij – Trek de batterij op de machine met uitna- merollen of het rollenframe. – Vervang de batterij. Verwijder de ontladen batterij en plaats een opgeladen batterij op het rollenframe. – Plaats de machine met uitnamerollen of het rollenframe (4) recht naast het batterijcompartiment.
  • Pagina 90 Gebruik Omgang met de batterij – Duw tot u een klik hoort. De batterij is correct geïnstalleerd. WAARSCHUWING Verwondingsgevaar Zorg ervoor dat de batterij zich in de eindpositie bevindt en dat de haak de batterij goed vasthoudt. GEVAAR Verwondingsgevaar De batterij is op de juiste manier geplaatst maar nog niet vergrendeld.
  • Pagina 91 Gebruik Omgang met de batterij – Laat de vergrendeling van de deur van het batterijcompartiment zakken (indien hier- mee uitgerust). De deur die niet bevestigd is aan de zijkant van de batterij moet op de juiste manier worden vergrendeld. – Breng het batterijdeksel opnieuw aan. –...
  • Pagina 92: Batterij Opladen Met Een Externe Lader

    Gebruik Omgang met de batterij Batterij opladen met een externe lader LET OP De batterij kan beschadigd raken als hij ontladen wordt tot voorbij een bepaalde grenswaarde. – Laad de batterij onmiddellijk op. – Parkeer de machine op een veilige plaats. –...
  • Pagina 93 Gebruik Omgang met de batterij WAARSCHUWING Tijdens het opladen van de batterij komen er explo- sieve gassen vrij. – Zorg ervoor dat het werkgebied goed geventi- leerd is. – Zorg ervoor dat het batterijdeksel geopend blijft gedurende de hele oplaadduur van de batterij. 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 94: Bediening Van De Machine In Een Noodgeval

    Gebruik Bediening van de machine in een noodgeval Bediening van de machine in een noodgeval Nooddaalinrichting van de mast Met de nooddaalfunctie (1) kan de mast in geval van een probleem handmatig worden ingeschoven. Dit dient als volgt te gebeuren: –...
  • Pagina 95: Sleepprocedure

    Gebruik Bediening van de machine in een noodgeval Sleepprocedure De machine kan niet worden gesleept als de elektrische functies zijn uitgeschakeld. De elektromagnetische rem blijft dan in gesloten stand staan. Slepen van de machine is toegestaan met be- hulp van een starre verbinding (sleepstang), als de rem van de te slepen machine niet meer werkt.
  • Pagina 96: Bediening Van De Machine In Een Noodgeval

    Gebruik Bediening van de machine in een noodgeval – Na het wegslepen moet de machine worden beveiligd tegen wegrollen. – Om de werking van de rem te herstellen, schroeft u de twee bouten (1) los. – Breng de afdekkingen opnieuw aan. WAARSCHUWING De afdekkingen moeten weer correct worden aangebracht voordat de machine mag worden...
  • Pagina 97: Bediening Van De Machine In Speciale Omstandigheden

    Gebruik Bediening van de machine in speciale omstandigheden Bediening van de machine in speciale omstandigheden Hijsstroppen aan de machine bevestigen GEVAAR Gevaar door vallende machine. Gebruik alleen hijsstroppen (2) of een takel met voldoende hijsvermogen. Controleer het gewicht van de machine (inclusief batterij) om een geschikte hijsinrichting te kunnen kiezen.
  • Pagina 98: De Machine Opkrikken

    Gebruik Bediening van de machine in speciale omstandigheden De machine opkrikken GEVAAR Gevaar door zwaaien De machine moet met de nodige voorzichtigheid worden opgekrikt. Voor sommige werkzaamheden moet de machine worden opgekrikt. – Hef de lastarmen. – Schakel het contact uit en koppel de bat- terijstekker los.
  • Pagina 99: Machine In Een Lift Transporteren

    Gebruik Bediening van de machine in speciale omstandigheden De machines worden normaliter per vracht- Hijsstroppen aan de machine bevestigen als wagen en/of trein vervoerd. de machine buiten werking is of als de batterij is verwijderd. Zie hoofdstuk 4 Hijsstroppen De machine moet tijdens het transport en de aan de machine bevestigen.
  • Pagina 100 Gebruik Bediening van de machine in speciale omstandigheden 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 101: Onderhoud

    Onderhoud...
  • Pagina 102: Algemene Onderhoudsinformatie

    Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Algemene onderhoudsinformatie Algemeen De volgende instructies bevatten alle infor- matie die nodig is voor het onderhoud van uw machine. Voer de onderhoudswerkzaamhe- den uit in overeenstemming met het onder- houdsschema. U zorgt zo dat uw machine betrouwbaar is en altijd goed werkt, en dat de garantie niet vervalt.
  • Pagina 103: Training En Kwalificatie Van Service- En Onderhoudspersoneel

    Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Training en kwalificatie van service- en onderhoudspersoneel Het machineonderhoud mag alleen worden Veiligheid is de enige kritische beslissende uitgevoerd door gekwalificeerd en geautori- factor. seerd personeel. De persoon die verantwoordelijk is voor de De jaarlijkse inspectie ter voorkoming van on- uitvoering van de inspectie, moet over vol- gevallen op het werk, moet worden uitgevoerd doende kennis en ervaring beschikken om...
  • Pagina 104: Veiligheidsrichtlijnen Voor Onderhoud

    Onderhoud Veiligheidsrichtlijnen voor onderhoud Veiligheidsrichtlijnen voor onderhoud Maatregelen voor service en onderhoud Ter voorkoming van ongevallen tijdens serv- – Zorg dat de machine niet onverwacht kan ice- en onderhoudswerkzaamheden dienen bewegen of starten. Koppel hiertoe de alle noodzakelijke veiligheidsmaatregelen te batterijstekker los.
  • Pagina 105: Aanbevolen Smeermiddelen

    Onderhoud Aanbevolen smeermiddelen Aanbevolen smeermiddelen LET OP SAE 85W 90 API GL4 Materiële schade bij gebruik van niet-aanbevolen Kettingspray (spuitbus) smeermiddelen. Gebruik uitsluitend aanbevolen smeermiddelen. Standaard-kettingspray Alleen de hieronder vermelde smeermiddelen zijn door de fabrikant goedgekeurd. Meng geen smeermiddelen. Neem bij twijfel contact op met het Vet voor pignon en draaikrans aftersales-servicecentrum.
  • Pagina 106: Technische Gegevens Voor Inspectie En Onderhoud

    Onderhoud Technische gegevens voor inspectie en onderhoud Technische gegevens voor inspectie en onderhoud Te gebruiken middelen/smeer- Eenheid Hoeveelheden/instelwaarden middelen Tussen 3,7 en 4 l (werkcapaci- Hydraulisch systeem Hydrauliekolie teit) 1,5 l Transmissie Transmissieolie Rijmotor (3 kW) Zekering 1F1 Stroomsterkte: 300 A, aantal: 1 Stuurinrichting ES30-24 Zekering 3F1 Stroomsterkte: 40 A, aantal: 1...
  • Pagina 107: Toegang Tot Het Technisch Compartiment

    Onderhoud Toegang tot het technisch compartiment Toegang tot het technisch compartiment Voor het uitvoeren van werkzaamheden aan diverse componenten van de machine, is toegang tot het technisch compartiment nodig. – Zet de machine op de rem. – Laat de vorken zakken. –...
  • Pagina 108 Onderhoud Toegang tot het technisch compartiment – Open de deur (2) van het technisch com- partiment. Nu is het technisch compartiment toeganke- lijk. Sluit de deur van het technisch comparti- ment nadat u klaar bent. – Sluit de deur (2) van het technisch compar- timent.
  • Pagina 109: Onderhoud Indien Nodig

    Onderhoud Onderhoud indien nodig Onderhoud indien nodig Afhankelijk van toepassing, omgevingsomstandigheden en rijstijl dienen de volgende werkzaam- heden te worden uitgevoerd Chassis, plaatwerk en bevestigingen Machine reinigen Wielen Toestand van de wielen controleren Elektrische uitrusting Toestand van de batterij en batterijkabel controleren Batterij en batterijcompartiment reinigen Zekeringen controleren 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 110: Onderhoud Om De 1000 Uur/Jaarlijks

    Onderhoud Onderhoud om de 1000 uur/jaarlijks Onderhoud om de 1000 uur/jaarlijks Afhankelijk van toepassing, omgevingsomstandigheden en rijstijl dienen de volgende werkzaam- heden te worden uitgevoerd om de 1000, 2000, 4000, 7000 en 8000 uur Voorbereiding Machine reinigen Storingscodes controleren met behulp van het diagnose-apparaat Chassis en uitrusting Toestand van de vorken controleren Elektromagnetische rem controleren...
  • Pagina 111: Serviceschema 10.000 Uur

    Onderhoud Serviceschema 10.000 uur Voer alle werkzaamheden van het onderhoud om de 1000 uur uit Hydraulisch systeem Hydrauliekolie aftappen Serviceschema 10.000 uur Afhankelijk van toepassing, omgevingsomstandigheden en rijstijl dienen de volgende werkzaam- heden te worden uitgevoerd om de 10.000 uur Informatie Voer alle werkzaamheden van het onderhoud om de 1000 uur uit Voer alle werkzaamheden van het onderhoud om de 5000 uur uit...
  • Pagina 112: Chassis, Plaatwerk En Bevestigingen

    Onderhoud Chassis, plaatwerk en bevestigingen Chassis, plaatwerk en bevestigingen Machine reinigen Reinigingsinstructies – Parkeer de machine. – Druk op de noodstopschakelaar. LET OP Gevaar van elektrische schokken De batterij moet altijd gedurende de reinigings- werkzaamheden losgekoppeld zijn. Buitenkant van de machine wassen WAARSCHUWING Risico van beschadiging van de machine.
  • Pagina 113 Onderhoud Chassis, plaatwerk en bevestigingen OPMERKING Gebruik uitsluitend droge reinigingsmidde- • Verwijder de afdekkingen niet • – Reinig de elektrische componenten met een niet-metalen borstel en droog ze met een zachte stroom perslucht. Na het wassen – Droog de machine zorgvuldig (bijv. met perslucht).
  • Pagina 114: Algemene Informatie Over Onderhoud Van De Batterij

    Onderhoud Chassis, plaatwerk en bevestigingen Algemene informatie over onderhoud van de batterij GEVAAR LET OP Verwondingsgevaar Voor gelbatterijen gelden specifieke instructies voor laden, onderhoud en behandeling. Het ge- Voordat er werkzaamheden aan de elektrische bruik van de verkeerde lader kan ertoe leiden dat installatie worden uitgevoerd, moet de voeding de batterij onherstelbaar defect raakt.
  • Pagina 115: Toestand Van De Vorken Controleren

    Onderhoud Chassis, plaatwerk en bevestigingen Toestand van de vorken controleren – Controleer of de vorken (1) geen vervor- ming, scheuren, overmatige slijtage of bar- sten vertonen. LET OP Beschadiging van de machine. Als het vorkenbord beschadigd is, dient u de ma- chine te laten aanpassen door het aftersales-ser- vicecentrum.
  • Pagina 116: Stuurinrichting En Wielen

    Onderhoud Stuurinrichting en wielen Stuurinrichting en wielen Wielen en rollen onderhouden De loopvlakken van het aangedreven wiel (1), de stabilisatorwielen (2) en de rollen (3) mogen geen tekenen van verslechtering vertonen. – Krik de machine op tot de wielen van de grond vrij zijn.
  • Pagina 117: Elektrische Uitrusting

    Onderhoud Elektrische uitrusting Elektrische uitrusting Elektrische componenten reinigen en schoonblazen LET OP Gevaar van elektrische schokken Koppel altijd de batterijstekker los voordat u aan een elektrische component werkt. – Druk op de noodstopschakelaar. – Koppel de batterijstekker los. – Open de deur van het technisch comparti- ment.
  • Pagina 118: Elektrolytniveau En -Dichtheid Controleren

    Onderhoud Elektrische uitrusting – Controleer of de volgende twee zekeringen goed vastzitten: De zekering van 300 A (1) beschermt de voedingscircuits van de rijaandrijving en van de hefinrichting. De zekering van 40 A (2) beschermt de circuits van de stuurinrichting. De zekering van 5 A (3) en de zekering van 7,5 A beschermen het stuurcircuit.
  • Pagina 119: Toestand Van Kabels, Aansluitklemmen En Batterijstekker Controleren

    Onderhoud Elektrische uitrusting MILIEUVOORSCHRIFT Voer gebruikt batterijzuur af volgens de voorschriften. Toestand van kabels, aansluitklem- men en batterijstekker controleren – Controleer of de kabelisolatie onbescha- digd is. – Controleer of de aansluitingen geen teke- nen van oververhitting vertonen. – Controleer of de ”+” en ”-” uitgangsklemmen niet gesulfateerd zijn (aanwezigheid van witte zoutuitslag).
  • Pagina 120: Hydraulische Systemen

    Onderhoud Hydraulische systemen Hydraulische systemen Hydraulisch systeem op lekkage controleren – Inspecteer het hydraulisch systeem: leidin- gen, slangen en aansluitingen tussen de pompeenheid en de cilinders. – Haal de aansluitingen indien nodig aan. – Controleer de cilinders op lekkage. – Controleer of de slangen op de juiste manier bevestigd zijn en geen tekenen van wrijvingsslijtage vertonen.
  • Pagina 121: Hydrauliekolieniveau Controleren

    Onderhoud Hydraulische systemen Hydrauliekolieniveau controleren Ga als volgt te werk om het hydrauliekolieni- veau te controleren: – Zet de machine op de rem. – Laat de vorken zakken. – Schakel het contact uit en verwijder de sleutel. – Druk op de noodstopschakelaar. –...
  • Pagina 122: Hefmast

    Onderhoud Hefmast Hefmast Kettingen reinigen en smeren LET OP OPMERKING Risico van slijtage en beschadiging van de uitru- Als een hefketting te vuil is, dient u deze te sting. reinigen. Kettingen zijn veiligheidskritische componenten. – Plaats een opvangbak onder de hefketting. Het gebruik van koudreinigers, chemische pro- ducten, zuur of chloorhoudende producten kan de –...
  • Pagina 123: Veiligheidsscherm Controleren

    Onderhoud Hefmast – Schuif de mast helemaal in. – Draai de borgmoer (2) los – Span de kettingen enigszins door de moer (1) aan te halen. – Draai de borgmoer (2) opnieuw vast. LET OP Risico van slijtage en beschadiging van de uitru- sting.
  • Pagina 124 Onderhoud Hefmast GEVAAR Slecht zicht Het scherm moet correct worden aangebracht en op de juiste wijze worden bevestigd. Bevestig niets aan het scherm dat het zicht op de vorken kan belemmeren. Bij het reinigen van de vorkenbordzijde mag het scherm alleen worden gereinigd als het vorkenbord helemaal is gedaald.
  • Pagina 125: Opslag En Buiten Bedrijf Stellen

    Onderhoud Opslag en buiten bedrijf stellen Opslag en buiten bedrijf stellen Machine stallen Er moeten voorzorgsmaatregelen worden LET OP getroffen als de machine gedurende een Gebruik geen kunststoffolie, omdat dit de vorming langere periode niet wordt gebruikt. De van condenswater bevordert. handelingen zijn afhankelijk van de duur van de periode waarin de machine niet wordt Raadpleeg de serviceafdeling voor verdere...
  • Pagina 126: Permanent Buiten Bedrijf Stellen (Sloop)

    Onderhoud Opslag en buiten bedrijf stellen Permanent buiten bedrijf stellen (sloop) Wanneer de machine wordt gesloopt, is het volgende noodzakelijk: – Verwijder de verschillende onderdelen van de machine (afdekkingen, batterij, kettingen, elektromotoren etc.) – Sorteer de componenten op soort: leidin- gen, rubber componenten, smeermiddelen, aluminium, ijzer etc.
  • Pagina 127: Technische Kenmerken

    Technische kenmerken...
  • Pagina 128: Specificatieblad Sxd 20

    Technische kenmerken Specificatieblad SXD 20 Specificatieblad SXD 20 11648011559 NL - 06/2018...
  • Pagina 129 Technische kenmerken Specificatieblad SXD 20 BESCHRIJVING Fabrikant STILL Modeltype SXD 20 Aandrijving: batterij, diesel, benzine, LPG, net- Batterij stroom Bediening: met de hand, meelopend, staand, Staand zittend, orderverzamelen Nominaal hefvermogen 1200 Hoofdhefinrichting Q (kg) 800/1200 Hoofdhefinrichting/initiële heffing 2000 Alleen initiële heffing...
  • Pagina 130 Technische kenmerken Specificatieblad SXD 20 Masthoogte uitgeschoven (±5 mm) h4 (mm) 2244 Initiële heffing (±5 mm) h5 (mm) 4.10 Hoogte lastarmen/grond (±0/5 mm) h8 (mm) Hoogte aan de uiteinden van de vorken in de h13 (mm) 4.15 onderste positie (±5 mm) 4.19 Totale lengte (±5 mm) L1 (mm) 2170...
  • Pagina 131 Technische kenmerken Specificatieblad SXD 20 Batterijspanning en -capaciteit (ontlading na V/Ah 24/375 5 uur) Batterijgewicht (±10%) (kg) Energieverbruik volgens VDI-cyclus 1,01 kWh/1 h Overslagcapaciteit 1,36 Energieverbruik bij overslagcapaciteit 1,68 kWh/1 h OVERIG Snelheidsregeling LAC-regeleenheid 10.7 Geluidsniveau bij het oor van de bestuurder dB (A) Trillingsniveau gevoeld door de bestuurder 0,74...
  • Pagina 132: Masttypes

    Technische kenmerken Masttypes Masttypes Masttype Standaard 1574S 1724S 1924S 2024S 2124S 1240 1315 1415 1465 1515 1315 1390 1490 1540 1590 1574 1724 1924 2024 2124 2094 2244 2444 2544 2644 Masttype Duplex 1574D 1724D 1924D 2024D 2124D 1240 1315 1415 1465 1515...
  • Pagina 133 Trefwoordenregister Controles voorafgaand aan het starten . . 34 Aanbevolen smeermiddelen ..97 Aandrijfsysteem ....32 Dashboard-elementen .
  • Pagina 134 Trefwoordenregister FleetManager™ Kabels, aansluitklemmen en stekker van de batterij controleren ..111 Beschrijving ....55 Kenmerken ..... . 32 Een met een RFID-kaartlezer uitgeruste machine buiten Kettingen reinigen en smeren .
  • Pagina 135 Trefwoordenregister Overzicht van de machine ... 22 Overzichtstekening van het technisch Te gebruiken middelen ....13 compartiment ....23 Afvoeren .
  • Pagina 136 Trefwoordenregister Wielen en rollen onderhouden ..108 Weergave van de stand van het aangedreven wiel ... . . 42 Zekeringen controleren ... . 109 Werk hervatten .
  • Pagina 138 STILL GmbH 11648011559 NL – 06/2018...

Inhoudsopgave