Bediening
Veiligheidsgordel omdoen
GEVAAR
Levensgevaar tijdens het rijden wanneer u geen
veiligheidsgordel draagt!
Als de veiligheidsgordel niet wordt omgedaan en de
machine kantelt of tegen een obstakel rijdt, kan de
bestuurder uit de machine worden geslingerd. De
bestuurder kan onder de machine terechtkomen of
tegen een obstakel botsen.
– Doe altijd de veiligheidsgordel om voordat u met
de machine gaat rijden.
– De veiligheidsgordel mag tijdens het vastmaken
niet verdraaid zijn.
– De veiligheidsgordel mag alleen worden gedragen
door één persoon.
– Laat defecten repareren door het geautoriseerde
servicecentrum.
OPMERKING
De gordelsluiting heeft een gordelschakelaar.
Wanneer de veiligheidsgordel niet werd vast-
gemaakt, gebeurt het volgende:
De melding Veiligheidsgordel
●
verschijnt op het display-
vastmaken
en bedieningspaneel.
De machine rijdt niet sneller dan 4 km/h.
●
De hydraulische functies zijn geblokkeerd.
●
OPMERKING
Er is een variant die voorkomt dat er met
de machine wordt gereden als de veiligheids-
gordel niet is vastgemaakt. De melding Vei-
ligheidsgordel vastmaken
schijnt op het display.
– Trek de veiligheidsgordel (3) zonder hier-
aan te rukken uit het oprolmechanisme, en
leg de gordel strak aansluitend over het li-
chaam.
OPMERKING
Ga zo ver mogelijk naar achteren zitten zodat
uw rug tegen de rugleuning rust. Het automati-
sche blokkeermechanisme laat voldoende be-
wegingsvrijheid op de stoel toe.
– Klik de tong (2) van de gordel vast in de
gordelsluiting (1).
2
ver-
56368011505 NL - 06/2023 - 15
4
Bestuurdersstoel
3
1
7311_003-048
107