7.4.4 Veiligheidsklep
Monteer, overeenkomstig NEN 3028, een veiligheids-
klep in de installatie tussen eventuele afsluiters en de
ketel, in de aanvoerleiding binnen 0,5 m vanaf de ketel.
Op de aanvoerleiding van de Remeha Gas 310 ECO is
een montagemogelijkheid voorzien om een veiligheids-
klep te plaatsen.
7.4.5 Waterdoorstroming
Het maximale temperatuurverschil tussen aanvoer en
retour wordt door de modulerende regeling van de ketel
begrensd (zie par. 13.2.11), evenals de maximale stijg-
snelheid van de aanvoertemperatuur. Hierdoor is de
ketel nagenoeg ongevoelig voor te kleine waterdoorstro-
ming.
7.4.6 Dompelbuis
In de aanvoerleiding is een dompelbuis voorgemonteerd
t.b.v. de temperatuurvoeler van een externe regeling.
7.4.7 Geluidsproductie
Het ketelhuisgeluidsniveau gemeten op 1 m afstand
rond de ketel bedraagt gemiddeld ca. 60 dB(A) bij vol
vermogen, waardoor over het algemeen geen akoesti-
sche voorzieningen nodig zijn.
13
1
6
5
4
3
2
afb. 10 Voorbeeld hydraulisch schema
cascadeopstelling
00.31H.HS.00009
7.5 Cascadetoepassing (waterzijdig)
De Remeha Gas 310 ECO is ook als 2-voudige opstel-
ling, de Gas 610 ECO leverbaar. Hiermee wordt een
standaard oplossing geboden tot 1146 kW. Uiteraard is
de Remeha Gas 310 ECO ook als afzonderlijke ketel in
cascade te plaatsen.
Hierbij wordt aangeraden de niet in bedrijfzijnde ketel(s)
waterzijdig uit bedrijf te nemen d.m.v. smoorkleppen of
terugslagkleppen.
Door de geringe breedte en diepte van de ketel kan op
een klein vloeroppervlak een groot vermogen geplaatst
worden.
Voor adviezen en principetekeningen kunt u contact
opnemen met onze afdeling Sales support.
®
1.
rematic
modulerende cascaderegelaar
2.
pomp
3.
veiligheidsventiel
4.
terugslagklep
5.
expansievat
6.
handafsluiter
7.
automatische ontluchter
8.
drukloze verdeler
9.
aftapkraan
10.
installatiepomp
11.
installatie expansievat
12.
aanvoertemperatuursensor
13.
buitentemperatuursensor
20
Remeha
Gas 310 ECO
7
8
10
9
12
11