Gebruik van het menu FUNC
In het menu FUNC vindt u de volgende
menufuncties, die snel kunnen worden
opgeroepen en ingesteld.
•
[WB] (blz. 30)
•
[ESP /
•
[ISO] (blz. 30)
• D IMAGE QUALITY] (blz. 29)
[
•
[DRIVE] (blz. 30)
1
Druk op de knop o.
P
WB
AUTO
ISO
AUTO
ESP
10
M
N
ORM
2
Gebruik 12 om de menufunctie
te selecteren en 34 om de optie
te selecteren, en druk dan op de
knop o om in te stellen.
Instellingen uitvoeren aan
de hand van de fotogids
(stand g )
Hiermee beschikt de gebruiker over informatie
op het scherm om automatisch een gewenste
camera-instelling te kiezen, zoals het aanpassen
van de instelling voor een onderwerp of het
selecteren van een bepaalde instelling om
een gewenst effect te verkrijgen.
1
Zet de functieknop op R.
SHOOTING GUIDE
1
Shoot w/ effects preview.
2
Brightening subject.
3
Shooting into backlight.
4
Set particular lighting.
5
Blurring background.
n] (blz. 31)
ESP
ESP
n
SET
OK
2
Volg de gids met 1234 om door
te gaan.
o drukt, wordt de instelling
•
Als u op de knop
voltooid en is de camera klaar om foto's
te maken.
GUIDE
10
M
N
ORM
Als u een andere instelling wenst door
te voeren, drukt u op de knop .
De functies die werden ingesteld met
de fotogids, keren terug naar de
standaardinstellingen.
Als u in een andere opnamestand wenst
te werken, verdraait u de functieknop.
De functies die werden ingesteld met
de fotogids, keren terug naar de
standaardinstellingen.
Het effect-voorbeeldscherm gebruiken
Als u een optie selecteert onder
[1 Shoot w /effects preview.] verschijnen
4 voorbeeldweergaves met de aangepaste
waarden voor de geselecteerde fotofunctie.
Gebruik 1234 om het gewenste beeld
te selecteren en druk op de knop o.
# #
MODE CHANGED
17
IN
NL
25